Discover millions of ebooks, audiobooks, and so much more with a free trial

Only $11.99/month after trial. Cancel anytime.

Sioux Blues
Sioux Blues
Sioux Blues
Ebook342 pages5 hours

Sioux Blues

Rating: 0 out of 5 stars

()

Read preview

About this ebook

Shappa Crane is op oorlogspad. Haar grote liefde, de gangster Cassius Crane, is tijdens een bankoverval gedood. Hij heeft de mooie Shappa, afstammelinge van de Sioux, achtergelaten met de buit. Shappa wil wraak op de agent die de overval deed mislukken. Ray Fine, schuldeiser van wijlen Cassius, wil zijn geld zien. Chet le Chef, de huurmoordenaar die Shappa betaalt voor haar wraakplannen, wil ook graag weten waar de buit verborgen is. De agent die Cassius doodschoot, wil Shappa. "Sioux Blues" is een onverwachte emotionele thriller, waarin Bavo Dhooge dit keer niet de klemtoon legt op het plot, maar op de emoties van zijn gekwetste hoofdfiguren. Een zootje ongeregeld dat hun slechtste impulsen volgt – doodgewone mensen, kortom. Los Angeles is een serie van spannende titels die zich afspelen in, waar anders, de City of Angels. Humor wordt op een kunstige manier gecombineerd met misdaad, geweld, affaires en moord. De boeken in de serie verrassen elke keer weer met verschillende eigenaardige hoofdpersonen, en de vindingrijke karakters maken van het geheel een bruisende en bloedstollende belevenis.
LanguageNederlands
PublisherSAGA Egmont
Release dateDec 3, 2021
ISBN9788726953305

Read more from Bavo Dhooge

Related to Sioux Blues

Titles in the series (9)

View More

Related ebooks

Related articles

Reviews for Sioux Blues

Rating: 0 out of 5 stars
0 ratings

0 ratings0 reviews

What did you think?

Tap to rate

Review must be at least 10 words

    Book preview

    Sioux Blues - Bavo Dhooge

    Sioux Blues

    Copyright © 2010, 2021 Bavo Dhooge and SAGA Egmont

    All rights reserved

    ISBN: 9788726953305

    1st ebook edition

    Format: EPUB 3.0

    No part of this publication may be reproduced, stored in a retrievial system, or transmitted, in any form or by any means without the prior written permission of the publisher, nor, be otherwise circulated in any form of binding or cover other than in which it is published and without a similar condition being imposed on the subsequent purchaser.

    www.sagaegmont.com

    Saga is a subsidiary of Egmont. Egmont is Denmark’s largest media company and fully owned by the Egmont Foundation, which donates almost 13,4 million euros annually to children in difficult circumstances.

    ‘Vengeance Is Mine!’

    Mickey Spillane

    ‘You sexy motherf*cker’

    Prince

    Shappa: (Sioux) Rode Donder

    Heyoka’s zijn de heilige clowns bij de Lakota’s. Om Heyoka te kunnen zijn is het noodzakelijk om het visioen van de storm en de donder, die uit het westen komen, te hebben gehad. De Heyoka’s krijgen daardoor een heilige kracht die ze delen met de leden van hun stam. De ‘rollende’ rode donderstorm van de Heyoka die met geweld nadert, gaat samen met angst en onzekerheid voor wat er komen gaat. Na de storm lijkt de wereld altijd groener en vrolijker. De mensen, dieren en planten zijn dan allemaal opgefrist.

    1

    Het was weken geleden dat Shappa Crane nog eens met een vent voor haar neus had gezeten, dus kon je het haar niet kwalijk nemen dat ze die gladjanus echt zag als de man met wie ze had afgesproken. Dat was hij dus niet. Die klojo zag er alleen maar zo uit dat ze aannam dat hij de ware was. Daar zat ze dan, in de hoek bij het raam van de Burger King op Westwood Boulevard, rustig in haar milkshake te roeren toen die kerel in dat kostuum voor haar ging zitten. Shappa keek op, glimlachte en toen zei de man dat hij haar al een tijdje in de gaten hield. O, zei Shappa en ze vroeg of hij dan al voor haar de tent was binnengekomen. Daar antwoordde de man niet op; hij zei gewoon dat je zo’n dijk van een wijf niet kon missen. Hij bedoelde: je kon er gewoon niet naast kijken. Shappa rook nog altijd geen onraad. Toen knikte ze naar de aktetas die de man naast zich had gelegd en vroeg wat daarin zat. Een voorproefje? Maar de man kon het even niet volgen en vroeg op zijn beurt wat ze bedoelde met dat voorproefje en toen begon Shappa over de wapens. Weet je wel, welke wapens hij meestal gebruikte en toen kon die vent het helemaal niet meer volgen en begon hij te lachen. Wat bedoel je met wapens, vroeg hij, ik heb een groot wapen, ja, maar shit man, jij bent er ook snel bij. Shappa kreeg te horen dat ze er geen gras over liet groeien en dat de vent wel hield van snelle vogeltjes, maar dat ze maar beter geen hoertje kon zijn want dat kon hij niet hebben, hij wilde namelijk niets oplopen, en dat was het moment dat Shappa opkeek en achteroverleunde. Het moment waarop ze wist dat die stomme klootzak niet de man was op wie ze zat te wachten.

    ‘Wacht ’s even’, zei ze. ‘Je zei dat je een afspraak met me had.’

    ‘Jazeker’, zei de man. ‘Een afspraak met het noodlot. Een afspraak die ik voor geen goud zou willen missen. Wie wil nu een afspraak missen met een mooie dame als jij, honnepon? Zeg me nu niet dat je zomaar in je eentje in je milkshake zit te roeren omdat je het behangsel hier zo leuk vindt?’

    ‘Jij bent Chet niet, hè?’ vroeg Shappa lachend.

    ‘Chet?’

    ‘Ja.’

    ‘Nee, ik ben Chet niet, maar ik kan wel Chet voor je zijn. Ik kan eender wie voor je zijn, schat, als je me maar de kans geeft.’

    Shappa sloot de ogen en knikte.

    ‘Ik ben in de stad voor zaken, maar ik ben ook op zoek naar een beetje ontspanning. En over een afspraak gesproken, waarom betaal je de rekening niet en gaan wij ergens gezellig een glas drinken? Of we kunnen ook naar de lobby van een hotel gaan als je dat liever hebt...’

    Ho ho. Typisch iets voor haar. Ze trok verdomme mestkevers aan zoals Paris Hilton paparazzi. Waarom moest dat nu weer net háár overkomen? Omdat ze graag strakke maatpakken met wijde pijpen en hoge hakken droeg? Shit.

    ‘Ik zou liever hebben dat je oprot’, zei ze.

    ‘Wat?’

    ‘Je hebt me gehoord, eikel. Je rot maar beter op. Ik ben niet wat je denkt.’

    ‘Ik denk dat ik je verkeerd heb verstaan.’

    ‘Waarom? Ik stotter toch niet?’

    ‘Nee, maar jij laat wel een man stotteren’, zei de man lachend en hij legde zijn hand op Shappa’s arm. ‘Ik ben Marv.’

    ‘Jezus.’

    ‘Nee, niet Jezus. Marv.’

    O nee. Moest je die stakker eens zien. Een houten klaas die twee keer per jaar voor zaken naar L.A. mocht en achter de rug van zijn vrouw om de bloemetjes wilde buitenzetten. Jezus, dit kon ze dus missen als kiespijn.

    ‘Wat doe je nu?’ vroeg Shappa, naar haar eigen hand kijkend.

    ‘Ik probeer je te overtuigen om met me mee te gaan. We hoeven niet naar een hotel te gaan als je dat liever niet hebt. Je kan me eerst nog even rondleiden. Weet je wel, Hollywood Boulevard, Beverly Hills, je kan me tonen waar de sterren wonen. Johnny Depp, Brad Pitt.’

    ‘Johnny Depp woont in Parijs’, zei Shappa.

    ‘George Clooney dan.’

    ‘Clooney woont in Italië.’

    ‘O. Wel, andere sterren dan.’

    De man die Marv heette, kneep nu zachtjes in haar huid. Shappa liet haar hand liggen onder die koude paphand van de zakenman, maar haalde met haar andere hand haar wapen tevoorschijn en stak het onder de tafel naar voren, tot het tegen die vent zijn lul aanbotste.

    ‘Wat doe je nu?’ vroeg hij. ‘Zie je wel dat je er snel bij bent...’

    Maar toen voelde de vent dat het niet alleen Shappa’s hand was, maar dat er ook iets in haar hand stak. Een Glock.

    ‘Ik richt een wapen op je, Marv.’

    ‘Wat?’

    ‘Dat gebeurt als je niet naar me luistert.’

    Marv trok wit weg. Hij keek om zich heen en zag mensen aan de counter hamburgers en french fries en Diet Cokes en Whoppers bestellen, maar het was duidelijk dat hij deze bestelling niet zomaar mee naar huis kon nemen.

    ‘Ik zit hier inderdaad op iemand te wachten, Marvin’, zei Shappa. ‘Maar helaas voor jou ben jij niet die kerel. Ik bedoel, je kan best een fijne vent zijn. Je kan zelfs mijn ridder op het witte paard zijn, maar daar heb ik nu even geen tijd voor. Begrijp je?’

    Marv knikte.

    ‘Ik zit hier voor andere zaken. Echte zaken. Ik hoop dat je dus begrijpt dat ik niet even wat tijd kan vrijmaken om naar Beverly Hills te rijden, op handtekeningen te gaan jagen, of een of ander goor motel op te zoeken waar jij me in mijn gat kan naaien als een goedkope hoer.’

    ‘Getver’, verslikte Marv zich. ‘Ik meende het niet. Dat... dat heb ik toch nooit gezegd?’

    Shappa hield de Glock op het klokkenspel van Marv, maar ontspande zich al wat meer. Ze had de zaak onder controle. Ze knikte naar de aktetas die op tafel lag.

    ‘Wat zit er in die aktetas, Marvin?’

    ‘Dat zijn mijn zaken.’

    ‘Ik veronderstel dat je geen Magnum of Beretta in die tas hebt zitten, hè? Ik bedoel, als jij Chet niet bent maar gewoon Marvin, dan heb je zeker geen Magnum meegebracht voor mij.’

    De vent keek haar nu strak aan. Toen zei hij:

    ‘Nee, ik bedoel, het zijn mijn zaken. Ik verkoop kruimeldieven. Ik ben hier voor een congres over de nieuwste modellen.’

    ‘Kruimeldieven?’

    Marv knikte weer. Shappa lachte. Toen schudde ze het hoofd en herhaalde het woord. Kruimeldief. Djeezus. Dit was toch niet te geloven.

    ‘Wat is er zo grappig?’ vroeg Marv.

    ‘Niets. Het slaat gewoon als een tang op een varken, weet je wel. Jij verkoopt kruimeldieven en ik zit op zoveel meer te wachten. Je gaat hier geen kruimels vinden, Marv.’

    Ze snoof.

    ‘Nu we dit achter de rug hebben, zou je dus willen oprotten, alsjeblieft? Ik wil geen kruimeldieven. Ik wil niet naar een motel en ik wil geen last. Ik wens je nog veel succes met je verdere verblijf in L.A., Marvin. Echt waar, je ziet er niet slecht uit, al zou ik wat minder aftershave gebruiken als ik jou was. Maar je hebt potentieel. Ik zie je wel ergens in L.A. een of andere griet oppikken die geen hoer is en die je dan kan meenemen naar een motel voor een snelle wip zonder dat je daarvoor heel Beverly Hills moet gaan afrijden. Ik bedoel, als ik hier niet had gezeten voor die andere man, zou ik misschien wel met je meegegaan zijn om een borrel te drinken. Ik denk dat het wel zou kunnen klikken tussen ons. Maar je treft me op een verkeerd moment, Marvin, en op dit moment heb ik niemand anders aan mijn hoofd dan de man op wie ik echt zit te wachten.’

    ‘O ja?’

    De man begon weer een beetje kleur te krijgen nu Shappa de Glock had teruggetrokken.

    ‘Wat heeft hij dan wat ik niet heb?’

    ‘Heb je me niet gehoord, Marvin? Hij heeft een Magnum. En ik heb het nu niet over zijn lul. Ik heb het over een wapen. Kom, neem je boekentasje maar mee en donder op. Vergeet je lippen niet af te vegen op weg naar buiten. Ze hebben hier gratis doekjes. Je bent een beetje gaan kwijlen.’

    Marv stond op, nam zijn aktetas en zag er volgens Shappa uit alsof hij niet wist hoe hij de tent moest verlaten: door de glazen deur of gewoon door het raam springen. Hij stond op het punt om het over een andere boeg te gooien en over die verdomde kruimeldieven te beginnen, alsof hij zo een tweede kans zou krijgen. Een verkoper. Shit. Die kon je niet in een-twee-drie van je afschudden. Maar de Glock had zijn werk gedaan, zag Shappa. De man veegde het zweet van zijn handen aan zijn broek af en hield zijn aktetas als een puppy tegen de borst aangedrukt. Op weg naar buiten bukte hij zich om tegen Shappa te zeggen:

    ‘Jij bent echt een heetgebakerd wijf, hè? Lekker bruin gebakken.’

    Shappa lachte en toen de vent al buiten op het parkeerterrein in de zon stond, zei ze nog:

    ‘Kruimeldieven, Marv. Je meent het.’

    Dat was dus de misser. Tien minuten later kwam er een andere vent voor haar zitten die amper opkeek en recht op haar was afgekomen.

    Enter Chet.

    Chet kwam de Burger King binnen en liep onmiddellijk naar haar toe. Hij zag haar zitten, en hij zag haar ook echt meteen zitten, als je begrijpt wat Chet wilde zeggen. Ze deed hem denken aan die zwarte chick uit Star Trek. Hoe heette ze alweer? Uhura. De diva die de knoppen van de Enterprise bediende. Een echte soulsister. Wel, ze had ook de controle over de knoopjes van zijn broek. Ze begonnen te bewegen. Chet ging vlak voor haar zitten en zette zijn blad neer. Begon gewoon te eten, de eerste van de zes BK-miniburgers die hij had meegenomen. Zonder opkijken zei hij:

    ‘Jij bent zeker Shappa?’

    ‘Jij Chet?’ hoorde hij haar vragen, alsof er zich vandaag al tien Chets bij haar hadden aangemeld. Er was echter maar één Chet en dat was Chet.

    ‘Yep. Ik ben Chet.’

    Hij nam een hap uit de burger en spoelde het zootje door met een straal 7Up. Chet hield niet van ketchup en andere sauzen, hij kauwde liever zijn eigen brij.

    ‘Ik ben blij dat je er bent’, hoorde hij Shappa zeggen.

    ‘Uhuh?’

    Ze zei nog iets, maar Chet hoorde het niet. Hij concentreerde zich op het vreten en kon nu eenmaal geen twee dingen tegelijk doen. Hij vroeg haar onder het smakken door wat voor naam dat eigenlijk was, Shappa. Een bijnaam? Een afkorting of zo?

    ‘Het is Sioux’, zei ze. ‘En het betekent wat het betekent. Het staat voor Rode Donder.’

    ‘Donder of gedonder?’

    ‘Allebei.’

    ‘Ook goed.’

    Chet liet het er maar bij. Hij had geen zin in een geschiedenislesje over indianen. Hij kende het verschil toch niet tussen Apaches, Sioux of Pawnees. Voor hem was het één zootje ongeregeld. Hij dacht terug aan John Wayne die zo’n roodhuid neerschoot. Als klein joch had hij er nooit bij stilgestaan dat er niet alleen goede en slechte bleekscheten bestonden, maar ook goede en slechte roodhuiden. Maar wie waren de slechte roodhuiden eigenlijk? Apaches? Pawnees? Nee, de Sioux waren de brave, de Pawnees waren de slechte en de Apaches, dat waren Geronimo en zijn kompanen: vlees noch vis.

    Chet werkte de tweede chickenburger naar binnen en vroeg haar of ze hier al lang mooi zat te wezen. Shappa antwoordde dat ze er lang genoeg zat en vroeg of hij niets had meegebracht, wapens of zo, en toen zei Chet:

    ‘Waarom zou dat?’

    ‘Omdat je, weet je wel, een je weet wel bent.’

    ‘Luister eens hier’, zei Chet, nog altijd niet opkijkend. ‘Zie je Tiger Woods soms in een Burger King met zijn caddy vol clubs binnenkomen? Heb je al eens Mike Tyson met zijn bokshandschoenen een van deze burgers zien verpulveren? Nee dus. Ook al ben ik er een, dan loop ik nog niet de hele dag lang met een wapen op zak. Ik ben een sportman. Net als die anderen. En ik ben niet de hele tijd aan het werk. Ik heb mijn vaste uren.’

    ‘Ik vroeg het maar’, zei Shappa.

    Chet keek voor de eerste keer op en veegde het laatste restje brij van zijn lippen af. Fuck, ja, ze leek echt op die Star Trek-chick, het wijf van Scotty. En dan dat pakje dat ze droeg. Helemaal geen strak ruimtepak maar toch werkte het. Het werkte voor haar lichaam en het werkte ook voor Chet. Toen Chet aan de derde miniburger begon, vroeg hij:

    ‘Hoe heb je me gevonden?’

    ‘Je stond ergens in een boekje’, zei ze.

    ‘Shit, echt? Het zal niet het telefoonboek geweest zijn’, lachte Chet.

    ‘Nee, het was niet het telefoonboek.’

    Chet zag hoe ze met een hand haar scherpe kin ondersteunde en voor het eerst ook echt lachte.

    ‘Mijn man heeft je nog gekend’, zei ze toen.

    ‘O, ja? Wie is je man dan?’

    ‘Wie was mijn man’, zei ze. ‘Cassius. Cassius Crane.’

    Dat moest Chet even laten bezinken. Ze hadden elkaar gekend, onrechtstreeks. Ooit hadden ze elkaar bijna ontmoet, maar het was nooit zover gekomen. Cassius was, net als zij hier, een roetmop, maar zeker niet zo appetijtelijk als zij. Zeker nu niet meer. Chet slikte alles door, slurpte zijn 7Up leeg, veegde zijn mond schoon en leunde achterover.

    ‘Oké. Wie wil je precies dat ik om zeep help?’

    Shappa boog voorover en haalde een foto tevoorschijn. Ze schoof hem door naar Chet en wist toen dat ze een grens had overschreden. Ze zou hier echt mee doorgaan. De opdracht geven aan een of andere louche huurmoordenaar die Chet heette – verrek, was dat echt een naam voor een huurmoordenaar, het leek eerder een naam voor een cliniclown! Ze zou het leven van een man beëindigen. Tot nu toe was het maar een idee geweest, maar nu ze hier voor die gek zat, zou het echt worden. Die vent zou de man op de foto om zeep helpen. Ze voelde zich een soort godin.

    ‘Wie is dit?’

    ‘Dit is hem’, zei ze. ‘Het target.’

    ‘Het wat?’

    ‘Het target.’

    ‘Liefje,’ zei Chet, ‘laat me maar meteen met de deur in huis vallen en duidelijk maken dat ik helemaal geen boodschap heb aan dure woorden. Target? What the fuck is een target? We spelen hier niet mee in een film over spionnen. Kan je niet gewoon zeggen dat hij de klojo is die zal worden omgelegd? Het wordt er niet mooier op als je het met een ander woord zegt, schat. Het is wat het is. Als jij zegt dat die vent eraan gaat, dan gaat hij eraan en of je hem nu het target noemt, een sitting duck of gewoon een lulhannes, het maakt me geen zak uit. Het zal hoe dan ook gebeuren.’

    ‘Oké’, zei Shappa. ‘Dat is hem dus.’

    ‘Heb je een naam?’

    ‘Dark. Ron Dark.’

    ‘Dat is een grap, hè?’

    ‘Waarom?’

    ‘Ron Dark?‘

    ‘Ja.’

    ‘Shit, die Dark gaat inderdaad echt donkere tijden tegemoet, als je het mij vraagt. Oké, wie is Ron Dark en wat heeft hij gedaan om je zo kwaad te maken, liefje? Ik bedoel, je moet het al serieus bruin bakken om een huurmoordenaar op je dak te krijgen. Wat heeft hij gedaan? Niet meer teruggebeld na een etentje? Nee, laat me raden. Hij heeft je zwanger gemaakt?’

    ‘Hij heeft mijn man vermoord’, zei ze. ‘Hij heeft Cassius omgelegd.’

    ‘Je meent het’, zei Chet.

    Shappa vroeg zich af of Chet meer wist. Ze kon niet achterhalen of die kwal niet ergens had opgevangen hoe het met Cassius was afgelopen. Het kon dat huurmoordenaars een eigen leven leidden en de helft van het jaar op vakantie waren, ergens op de Bahama’s, waar ze van een cocktail nipten.

    ‘Dat wist ik niet’, hoorde ze hem zeggen.

    ‘Je weet het nu.’

    ‘Ron Dark. Hé, maar die kerel ziet eruit als een flik, man. Het is toch geen flik, hè? Ik geef weinig om erecodes, maar als er íéts is wat ik weiger te doen is het een flik om zeep helpen. Die zijn het niet waard. Ik bedoel, je hoeft trouwens geen huurmoordenaar in te schakelen als je een smeris het hoekje om wil helpen. Er zijn zo wel genoeg mensen die de schurft krijgen van flikken en het maar wat graag voor je zullen doen. Verrek, je hoeft ze er zelfs niet voor te betalen, ze willen er soms zélf voor betalen.’

    ‘Relax’, zei Shappa. ‘Het was een flik. Maar nu niet meer.’

    Ze stak een sigaret op en blies de rook tegen het raam.

    ‘Eh, je weet toch dat je hier niet mag roken, hè snoes?’ zei Chet.

    ‘Ja. Zie ik eruit alsof ik me daar ook maar ene bal van aantrek?’

    ‘Hé, je hoeft je niet cooler of harder voor te doen dan je al bent. Ik kan ermee leven.’

    ‘Het is te hopen. Je bent een hitman, Chet, nietwaar? Waar zit jij dan mee? Je klinkt verdomme zelf als een flik. Je gaat me toch niet wijsmaken dat die rook je stoort, zeker? Wil je de klus of wil je hem niet? Ik zeg je, die smeerlap is geen flik meer. Dat is het enige vlak waarop hij zijn leven heeft gebeterd. Maar hij zal boeten. Hij moet eraan. Ik wil hem dood.’

    ‘Jezus, je weet wat je zegt, hè?’

    Shappa stikte bijna in de rook. Maar ze moest hiermee doorgaan. Ze kon niet terugkrabbelen. Niet nu.

    ‘Weet je zeker dat je dit alles niet even wil laten bezinken? Je hebt mijn gegevens. Bel me eens als je wat vakantie achter de rug hebt en alles even op een rijtje hebt kunnen zetten. Je kijkt er dan misschien helemaal anders tegen aan. Dit klinkt verdacht veel als een bevlieging.’

    Shappa greep haar tas en even dacht ze dat Chet ervan uitging dat ze de benen zou nemen, zoals hij voorstelde. Maar ze haalde een grote, bruine envelop uit haar tas en hield die in haar handen.

    ‘Ziet dit eruit als een bevlieging, Chet?’

    ‘Ik weet niet. Wat is het?’

    ‘Dit is een aanbetaling. Tienduizend ballen. Ik kan je de helft nu al betalen en de andere helft wanneer het achter de rug is. Tenminste, als je er de ballen voor hebt, wat ik me heb laten vertellen, want dit is toch niet je eerste keer, hè?’

    Chet schoot in de lach. Daar had ze hem.

    ‘Hij heeft je echt nijdig gemaakt, hè? Wat is dit? Een of andere indianenwraak? Staat het in de sterren geschreven dat die drommel eraan moet?’

    ‘Hij heeft Cassius vermoord, Chet.’

    En ze voegde eraan toe:

    ‘Ik heb het hem beloofd.’

    ‘Wie heb je wat beloofd?’

    ‘Cassius.’

    Ze hield zich nog even in. Het viel niet mee om hier zo luchtig met een hitman over een klus te praten. Ze zei dus:

    ‘Ik heb Cas beloofd dat ik zijn moordenaar zou vinden en dat hij eraan zou gaan. Het was een belofte en ik ben nu eenmaal een vrouw die zich aan haar woord houdt.’

    Chet zei niets meer. Ze wilde uitleggen waarom Ron Dark nu geen flik meer was, maar bedacht zich. Ze stond op, nam de envelop en boog voorover naar Chet.

    ‘Terwijl jij hier een beetje op zit te kauwen, ga ik even mijn neus poederen, Chet. Maar wanneer ik terugkom, wil ik een antwoord. En als je het niet doet, dan is er geen probleem. Je bent niet de enige in dit vak.’

    Ze liep weg van de tafel, zoals alleen zij dat kon. Shappa Crane. Het was niet zozeer schudden met de kont, als een goedkope serveerster of stripper. Het was meer zoiets als sensueel haar ding doen, maar je moest het ooit één keer in het echt gezien hebben om het te weten.

    Chet keek haar na, schoot in de lach en schudde het hoofd. Hij slurpte van het bekertje 7Up, maar merkte dat het leeg was. Hij had niets meer. Shit. Hij lachte weer. Kon er niet bij. Was dat wijf hem nu in het ootje aan het nemen?

    Dat was toch een hint?

    Chet dacht erover na.

    Dat was toch een uitnodiging?

    Chet dacht er nog wat meer over na. Hij zag Shappa Crane, die indiaanse supersquaw, naar de toiletten lopen. Hij zag die laatste blik in haar ogen en vroeg zich af of ze hem nu werkelijk het ‘oog’ had gegeven. Verrek, ja toch?

    ‘Nah’, zei Chet luidop en hij slurpte weer uit het lege bekertje.

    Het probleem was dat Chet nooit wist of een wijf naar het toilet ging om naar het toilet te gaan of om hem te vergasten op een pijpbeurt.

    ‘Shit, wat was die ongein dan over de aanbetaling?’

    Chet dacht aan de helft vooraf. Zat de tweede helft nu in de toiletten op hem te wachten? Het sloot wel mooi op elkaar aan. Een klassegriet die de moordenaar van haar vent wilde wreken.

    ‘Ik vraag me af hoe lang ze al alleen is’, zei Chet bij zichzelf. ‘Ik wed dat ze al een tijdje zonder zit en dringend behoefte heeft aan een echte man.’

    Wat Chet bedoelde, was dat elke vrouw, zelfs een megawijf als Shappa Crane, hormonen had.

    ‘Wel, de Heer haat lafaards’, zei Chet.

    Hij stond op, tikte tegen het topje van zijn neus en liep de damestoiletten binnen. Hij zag haar niet.

    Je bent de man, Chet, hield Chet zich voor. Je bent een hitman, een huurmoordenaar. Jij hebt de controle. Die wijven vallen als een blok voor jou. Jij hebt de macht.

    Dat stond Chet te bedenken toen hij naar de spiegel liep. Hij keek naar de drie hokjes en zag dat er eentje op slot was. Toen bukte hij zich en zag de hoge hakken van Shappa Crane een beetje uit elkaar, met enkels en het begin van een stel kuiten die niets aan de verbeelding overlieten. Wat moest je nu met zo’n situatie? Chet wist het niet. Die wijven toch. Waarom moesten ze alles toch zo moeilijk maken? Al dat tussen de lijntjes lezen, waarvoor was dat nu nodig? Konden ze niet gewoon zeggen waarop het stond: dat ze hem ook wel een tweede deel wilde betalen in de vorm van een pijpbeurt. Chet zuchtte. Die vrouwen maken de wereld te ingewikkeld; er zou alleen nog maar meer oorlog en geweld zijn als die schepsels ooit aan de macht kwamen.

    ‘Eh, Shappa?’

    Er kwam geen antwoord. Dat gaf Chet een beetje hoop.

    ‘Shappa Crane?’

    ‘Ben jij dat, Chet?’

    ‘Ja.’

    Chet kreeg nu nog meer hoop.

    ‘Wat doe jij hier?’

    ‘Ik heb de kans gehad erover na te denken’, zei Chet.

    ‘Ja en?’

    ‘Ik doe het.’

    ‘Dat is leuk om te horen, Chet’, kreeg Chet terug.

    Hij hoopte zo’n beetje dat het magische wachtwoord was gevallen en dat Sesam zou opengaan, en dat die hete brok klasse hem met open armen en benen zou verwelkomen. Maar het bleef verdacht stil. Beam me up, Scotty, dacht Chet gepijnigd.

    ‘Chet?’

    ‘Ja?’

    ‘Wat doe je hier nog? Waarom kom je me dit hier in de toiletten vertellen? Kon je niet gewoon wachten tot ik terug was?’

    Aha. Oepsie. Zo zat het dus. Chet had het bij het verkeerde eind. Hij kon proberen om de situatie te herstellen, maar het was een verloren zaak.

    ‘Ik weet niet... ik dacht gewoon...’

    ‘Wat dacht je gewoon, Chet? Dat je door de klus aan te nemen ook mij kon nemen? Dat kan je toch niet menen, zeker?’

    Maar voor Chet iets kon rechtzetten, zei Shappa Crane:

    ‘Ik ben blij dat je de zaak aanneemt, Chet, maar ik zou het op prijs stellen als je terug naar je plaats gaat. Aan de tafel. En wanneer ik terugkom, zal ik je de helft vooruitbetalen en je de envelop geven. Oké? Maar als je hier nog één seconde langer naar mijn benen staat te staren, dan kan je ernaar fluiten.’

    ‘Oké’, zei Chet. ‘Maar ik doe het. Ik leg die kerel wel om. Je kan op mij rekenen.’

    En hij verliet de toiletten.

    Hij wist dat hij beter een rockster of een dokter was geworden als het op de grieten aankwam. Zie je, dat was een van de redenen waarom Chet wilde kappen met dat huurmoorden. Je had gewoon geen enkel gevoel meer voor sociaal gedrag. Door al die lijken had je geen enkele voeling meer met mensen, echte levende mensen.

    2

    Ron Dark droomde de laatste weken iets minder over Cassius Crane, maar toch nog genoeg om liever helemaal niet te gaan slapen en de hele nacht wakker te blijven. In de droom schoot Ron de grote neger neer, daar voor het Best Westernmotel in Santa Monica waar de blauwe Mustang ook stond, maar keer op keer bleef Crane op zijn poten staan om Ron te zeggen dat hij het was die hem had vermoord. In de droom zei Ron dat hij niet wilde schieten, maar dat hij niet anders kon en dat Cassius toch al boordevol gaatjes zat. Moest je nu eens kijken naar dat grote zwarte lichaam van hem, het zat vol kogelgaten van de flikken die hem in die motelkamer al te grazen hadden genomen. Maar Cassius schudde het hoofd en zei keer op keer tegen Ron dat het de laatste kogel was die hem de das had omgedaan, de kogel van Ron Dark. Daarop schudde Ron het hoofd en zei dat dit niet kon want je zag toch zelf wel al dat bloed en die smurrie, maar Cassius nam de Beretta uit Rons handen en zei tegen hem: ik zal je pijn een beetje verzachten, Ronny, en hij zette dat wapen gewoon onder zijn kin en schoot zijn eigen kop eraf. Dat was meestal het moment waarop Ron wakker werd. Ook nu was dat zo. Al werd hij dit keer niet wakker door de kloppende hoofdpijn van de White Russians die hij achterover had gekieperd. Hij werd wakker van een echte bonk.

    Enjoying the preview?
    Page 1 of 1