Discover millions of ebooks, audiobooks, and so much more with a free trial

Only $11.99/month after trial. Cancel anytime.

Dagboek van een Psychopaat
Dagboek van een Psychopaat
Dagboek van een Psychopaat
Ebook160 pages1 hour

Dagboek van een Psychopaat

Rating: 0 out of 5 stars

()

Read preview

About this ebook

Jonathan is het slachtoffer van mishandelingen en vernederingen door zijn vader en van seksueel misbruik door zijn moeder. Hij ontdekt hoe hij het Wetboek van Strafrecht in zijn voordeel kan gebruiken en begint willekeurige vrouwen af te persen en te misbruiken. Zijn gewetenloze strafexpeditie begint met afpersing maar glijdt al snel af naar bloederige moordpartijen. Jonathan beschrijft alle gebeurtenissen in zijn dagboek. Maar is het echt allemaal gebeurd zoals hij het heeft opgeschreven?

LanguageNederlands
PublisherHilbert Haar
Release dateFeb 6, 2021
ISBN9781005504694
Dagboek van een Psychopaat
Author

Hilbert Haar

Hilbert Haar (1950) started working as a journalist in the Netherlands in 1969. He has worked for newspaper and magazine publishers and also worked as an independent writer with his own company V.o.f. De Stijl. He spent seven years in Greece on the island of Crete, and lived also briefly in Utah and California. He worked as the Editor-in-Chief at Today, a muckraking English-language newspaper published in Philipsburg, St. Maarten - Dutch West Indies, for ten-plus years, until the paper closed down after Hurricane Irma in 2017. He is currently traveling with his wife Myriam in Asia.He finished his first full-length thriller - The Ultimate God Conspiracy in 2018, and published a second thriller - Diary of a Psychopath (Dutch title: Dagboek van een Psychopaat) in 2021.Het luchthartige zelf-help boek Achttien Tips Voor een Gelukkig Leven verscheen eveneens in 2021.

Read more from Hilbert Haar

Related to Dagboek van een Psychopaat

Related ebooks

Related articles

Related categories

Reviews for Dagboek van een Psychopaat

Rating: 0 out of 5 stars
0 ratings

0 ratings0 reviews

What did you think?

Tap to rate

Review must be at least 10 words

    Book preview

    Dagboek van een Psychopaat - Hilbert Haar

    Mishandeling. Misbruik. Verkrachting. Vernedering. Ik heb het allemaal meegemaakt, maar ik heb wraak genomen.

    Dit is mijn dagboek. Dit zijn mijn ervaringen. Een waarschuwing vooraf: dit is geen prettig verhaal. En ik lieg. Alsof het gedrukt staat.

    Mijn vader was een drankzuchtige hufter met losse handjes en een sterke voorliefde voor vrouwen met wie hij niet getrouwd was.

    Mijn moeder was tot aan het gelukzalige moment waarvan ik dacht dat het mijn leven ten goede zou veranderen een onderdanig vrouwtje. Gelet op de belabberde omstandigheden waarin ze door met mijn vader te trouwen terecht was gekomen, keek ik er niet van op dat de fles haar trouwste vriend was geworden. Je moet wat.

    Ik was of zeven, misschien acht, toen de mishandelingen begonnen. Die gingen een stapje verder dan de vernederingen die ik had ondergaan in de jaren daarvoor. Vader was meer dan een drankzuchtige hufter met losse handjes. Ik heb lang gedacht dat hij de uitvinder van het sarcasme was.

    Zo, Jonathan, heb je een nieuw overhempje? Wat schattig! Jammer dat je geen meisje bent joh. En meer van dat soort onzin, maar als zesjarig jochie kromp ik in elkaar als hij dat soort dingen tegen me zei.

    Als ik mijn haar met een handbeweging van mijn voorhoofd veegde, dan spotte vader ook dat ik net een meisje leek. Ik had je Johanna moeten noemen, zei hij dan met een valse grijns. Vader had er ook een handje van om de badkamer binnen te komen als ik onder de douche stond. Dan begon hij met zijn dronken kop te schaterlachen terwijl hij naar mijn piemel wees. Wat is-ie klein, Jonathan, brulde hij dan door de badkamer. Kijk jochie, zei hij dan terwijl zijn broek liet zakken en met zijn overmaatse geval begon te zwaaien, als-ie zó groot is dan kun je er wat mee. Vraag maar aan moeder.

    Ik had geen idee waar het over ging, behalve dat ik dacht dat vader iets grappigs bedoelde. En ik haalde het natuurlijk niet in mijn hoofd om moeder vragen te stellen over vaders lul.

    Hij had ook het nodige te zeggen over mijn uiterlijk. Ik ben, nu ik ouder ben, de eerste om toe te geven dat ik het in dit department afleg tegen de meeste filmsterren, maar ik kan ermee door. Desondanks spotte vader dat ik op een schele dwerg leek; met flaporen.

    Het klinkt allemaal misschien onschuldig, maar wat ik me vooral van mijn vader herinner, is dat hij mijn kinderjaren heeft verpest.

    Hij moet met enige zorg hebben gezien dat ik als achtjarige best groot was voor mijn leeftijd. Maar vader was nog steeds groter en hij liet zijn fysieke superioriteit gelden met lichamelijk geweld.

    Als ik hem iets vroeg, kreeg ik een klap. Als hij iets vroeg en ik wist het antwoord niet, dan kreeg ik ook een klap. Als ik ‘waarom’ zei als antwoord op een van zijn waanzinnige opmerkingen dan brak de hel los. Dan kreeg ik klap op klap, tot ik op de grond lag te janken en moeder (beter laat dan nooit) tussenbeide kwam. Maar de mishandelingen gingen gewoon door, jaar na jaar na jaar.

    Ik was wel klein, maar ik was niet achterlijk. Ik was misschien (nog) niet beresterk maar er was niks mis met mijn hersens. Terwijl ik als een zielig hoopje op de grond lag te janken, bedacht ik dat vader gestoord moest zijn. Ernstig gestoord. En ik begon te werken aan een plan om hem uit te schakelen. Nood breekt wet.

    Vergiftigen. Elektrokuteren. Verdrinken. Een touwtje spannen boven aan de trap. De remleidingen van zijn krakkemikkige auto saboteren. Het kwam allemaal in me op.

    Voorbereiden deed ik me wel. Alleen op mijn kleine slaapkamer begon ik te werken aan m’n spierballen. Push-ups; sit-ups. Ik vulde plastic wasmiddelflessen met twee liter water en gebruikte ze om m’n armspieren op te pompen. Na een jaar kon ik die flessen met gestrekte armen drie minuten omhoog houden. Probeer het maar, beste lezer. Rond m’n twaalfde verjaardag was ik klaar voor lichamelijk verzet tegen vader, maar ik kreeg nooit de kans om een van mijn plannetjes uit te voeren.

    Dat zit zo. Op een zaterdagmiddag zat vader thuis in zijn leunstoel. Hij was dronken en loerde naar me met een blik die weinig goeds voorspelde. Ik verwachtte weer een pak slaag, terwijl ik donders goed wist dat ik niks had gedaan om het te verdienen. Dit keer zou het anders aflopen.

    Vader keek me spottend aan. ‘Ben je bang voor me, jochie?’ mompelde hij. Ik was bijna twaalf en net zo groot als vader. Ik stond op, keek hem aan en zei: ‘Nee ik ben voor niemand bang. Ik ben ook niet bang voor jou.’ Vaders ogen barstten bijna uit hun oogkassen. Dit is het, dacht ik. Nu gaat het gebeuren. Nu of nooit.

    Ik balde mijn vuisten en nam me voor vader een optater tegen de zijkant van zijn hoofd te geven. Ik had in een van die Jack-Reacherboeken gelezen dat zo’n klap doorgaans genoeg is om iemand uit te schakelen.

    Vermoorden? Daar had ik eerder wel aan gedacht, maar nu kwam het niet in me op. Ik wilde vader uitschakelen. Ik wilde hem vernederen zoals-ie mij jarenlang had vernederd met z’n grote lul en z’n sarcastische opmerkingen. Ik wilde laten zien dat het afgelopen was met mishandelen. Maar de genadeklap die ik in gedachten had, heb ik nooit uitgedeeld.

    Vader, dronken als een kanon, stond te zwaaien op z’n benen aan de andere kant van onze salontafel, zo’n oerlelijk geval met een glazen blad. Z’n ogen schoten heel even vuur en daarna ging opeens het licht uit. Hij viel voorover, bovenop de salontafel; daar lag hij, doodstil tusen de duizenden scherven van het glazen tafelblad.

    Vader bewoog niet meer. Ik moet hebben geglimlacht. Misschien heb ik mijn gebalde vuisten in de lucht gestoken. Ik weet het niet zo precies meer.

    De gedachte die door mijn hoofd fladderde, is me wel altijd bijgebleven. Ik ben vrij. Mijn nachtmerrie is eindelijk voorbij. Maar het duurde niet lang voor ik erachter kwam dat mijn echte nachtmerrie pas op het punt stond te beginnen.

    2. Moeder

    Moeder kwam op het lawaai in de huiskamer af als een lichtelijk beschonken ramptoerist. Ik zie haar nog staan in de deur, haar knalrood geverfde lippen een clowneske versiering van haar wijd open mond. Ze maakte aanvankelijk geen geluid. Zoveel weet ik nog.

    Moeder stommelde de kamer in met haar ogen bijna nog verder opengesperd dan haar mond. Ja, ik weet nu ook wel dat dat niet kan. Ik schrijf hier op hoe ik haar op dat moment als twaalfjarig jochie zag.

    Moeder viel op haar knieën en raakte vaders schouder aan. Ik had voor mezelf al besloten dat het monster dood was, dus ik was niet verbaasd dat-ie helemaal niet bewoog. Moeder had wat meer tijd nodig. Ze schudde het lijk minutenlang door elkaar tot ik zei: ‘Hij is dood moeder. Hou maar op.’

    Ze sloeg haar hand voor haar mond en keek naar me op. Ik weet niet meer of ik tranen had verwacht, maar die kwamen in ieder geval niet. Er was een stilte die een eeuwigheid leek te duren, tot moeders ogen begonnen te schitteren en ze onbedaarlijk aan het giechelen sloeg zoals alleen vrouwen dat kunnen.

    Als ik aan dit alles terug denk, dan associeer ik de situatie met een slecht toneelstuk. Ik had natuurlijk nog nooit gehoord van Dood van een Handelsreiziger. Waarom zou ik? Jaren later zou ik deze gebeurtenissen onder die titel in mijn geheugen opslaan.

    Hoe toepasselijk. Vader heette natuurlijk niet Willy, en succes in zaken had-ie nooit gehad. Ter compensatie terroriseerde hij ons gezinnetje jarenlang met ijzeren hand. Buiten de deur werd hij voor de ultieme minkukel aangekeken, maar thuis speelde hij heer en meester door macht uit te oefenen over zijn hulpeloze vrouwtje en een kind waarvan de geboorte hem als een onfortuinlijke natuurramp in het hart had getroffen.

    En net als de zonen van handelsreiziger Willy Loman, probeerde ik ook al jaren om vader zoveel mogelijk te vermijden. Dat-ie niet door een zogenaamd auto-ongeluk maar door een hartaanval aan een volkomen onverdiend prettig einde kwam, beschouwde ik als een onbelangrijk detail.

    Het duurde even voor moeder uitgegiecheld was, maar ze barstte niet in tranen uit. Ik begreep hier uit dat vaders dood voor haar ook een bevrijding was.

    ‘Eindelijk,’ mompelde moeder. ‘Die klootzak is dood en nu kan ik eindelijk de drank laten staan.’ Een loze belofte, zo bleek later.

    Ze keek me aan met een glimlach op haar gezicht. ‘Maak je geen zorgen Jonathan,’ zei ze. ‘Vanaf vandaag ben

    Enjoying the preview?
    Page 1 of 1