Discover millions of ebooks, audiobooks, and so much more with a free trial

Only $11.99/month after trial. Cancel anytime.

Speelgoed
Speelgoed
Speelgoed
Ebook219 pages3 hours

Speelgoed

Rating: 0 out of 5 stars

()

Read preview

About this ebook

In Speelgoed leren we de 16-jarige Christina kennen, die helemaal verzot is op haar leraar godsdienst, meneer Hoste. Hij is 8 jaar ouder dan zij en maakt een lastige tijd door in zijn huwelijk. Hij wordt door de klasgenoten van Christina gepest, vooral ook door haar vriendje Cedric, waar meneer Hoste geen hoge pet van op heeft. Nadat het op het jaarlijkse schoolkamp tijdens een potje paintball vervelend af loopt voor meneer Hoste, verandert er iets in hem. Vanaf dat moment ziet de jonge leraar de leerlingen in een ander daglicht en neemt hij het heft in eigen handen...-
LanguageNederlands
PublisherSAGA Egmont
Release dateSep 30, 2021
ISBN9788726953756
Speelgoed

Read more from Bavo Dhooge

Related to Speelgoed

Related ebooks

Related articles

Reviews for Speelgoed

Rating: 0 out of 5 stars
0 ratings

0 ratings0 reviews

What did you think?

Tap to rate

Review must be at least 10 words

    Book preview

    Speelgoed - Bavo Dhooge

    Speelgoed

    Copyright © 2008, 2021 Bavo Dhooge and SAGA Egmont

    All rights reserved

    ISBN: 9788726953756

    1st ebook edition

    Format: EPUB 3.0

    No part of this publication may be reproduced, stored in a retrievial system, or transmitted, in any form or by any means without the prior written permission of the publisher, nor, be otherwise circulated in any form of binding or cover other than in which it is published and without a similar condition being imposed on the subsequent purchaser.

    www.sagaegmont.com

    Saga Egmont - a part of Egmont, www.egmont.com

    Christina

    Het was speeltijd. De bel ging en ik verstopte me in de toiletten. Eén deur was gesloten en er steeg een beetje rook bovenuit. Ik ging voor de spiegel staan. Iemand had er met een viltstift op geschreven: ‘Jesus was here but he didn’t like it.’ De deur van een hokje vloog open en iemand greep me van achteren vast. Hij hield zijn hand voor mijn mond. Ik kon niet schreeuwen. Ik rook de sigarettengeur en zag de gele toppen van zijn nicotinevingers.

    ‘Geen kik of je gaat eraan!’

    Hij sleepte me het hokje in.

    ‘Kom hier!’

    Ik kon hem nog steeds niet zien, maar wel ruiken. Hij stond achter me en deed de wc-bril naar beneden. Toen ging hij zitten en trok me op zijn schoot.

    ‘Als ik mijn hand loslaat, geef je geen kik. Of ik geef je iets anders. Begrepen?’

    Ik knikte. Hij liet zijn hand los. Ik hield me koest. Toen draaide ik me om. Het was wie ik dacht.

    ‘Ik heb je je kick gegeven’, zei ik grijnzend. ‘Wat krijg ik ervoor in de plaats?’

    ‘Dit.’

    Hij plette zijn lippen op de mijne en kuste me. Ik voelde hoe hij tussen zijn benen opgewonden geraakte.

    Na een minuut of wat haalde ik met mijn tong mijn kauwgum terug uit zijn mond.

    ‘Je was echt geschrokken, hè?’ vroeg hij.

    ‘Ik ben nerveus, jong.’

    ‘Door het proefwerk?’

    ‘Ja.’

    ‘Ga je spieken?’

    ‘Ik weet het niet. Ik denk het wel.’

    ‘Doe maar’, zei Cedric spottend. ‘Hostie merkt het toch niet. Die vent is zo heilig dat hij geen enkel kwaad ziet.’ Ik haalde mijn schouders op. Ik haatte die naam. Hostie. Het paste helemaal niet bij hem. Maar Cedric had gelijk. Ik kon het spiekbriefje bijna op mijn eigen voorhoofd schrijven, dan nog zou hij niets doorhebben. Te druk met het goede in de mensen te zien.

    ‘Wacht, ik zal je even helpen’, zei Cedric.

    Hij viste een stift uit zijn zak en stak hem als een mes tussen zijn tanden. Toen trokken zijn handen mijn rokje omhoog. Er kwam een dij tevoorschijn.

    ‘Welke hoofdzonde ken je nog niet?’

    ‘Allemaal. Ik kan er geen enkele onthouden.’

    ‘Foei, Chrissy. Je weet niet eens welke zonden je allemaal begaat.’

    Cedric stak dreigend de stift omhoog en wreef met zijn andere hand over mijn dij, als een dokter die de huid warm maakt voor hij een injectie geeft. Ik keek weg en toen zag ik door de open deur van het toilet de nerd van de klas staan. Hij bleef naar ons staren. Ik knikte naar Cedric. Hij draaide zich om.

    ‘Wegwezen, nerdy!’

    ‘Cedric... ik...’

    ‘Wegwezen of je haalt de volgende speeltijd niet.’

    De nerd vloog de toiletten uit. Cedric hield zich weer bezig met zijn favoriete tijdverdrijf. Mij. Hij haalde de dop van de stift.

    ‘Ik kan moeilijk je hele been vol schrijven. Welke zonde vergeet je het vaakst?’

    ‘Dat zal dan wel onkuisheid zijn.’

    ‘Dat geloof ik best. Dat is de enige zonde die ik niet vergeet.’

    ‘Ik vergeet dat woord altijd.’

    ‘Who gives a fuck? Dat hele vak is zonde van de tijd.’

    ‘Ja, maar het kan me wel veel punten kosten.’

    ‘Niet als je je vrouwelijke charmes gebruikt, Chrissy.’

    Hij schreef het woord op mijn dij. ‘Onkuisheid’. Ik voelde dat hij fors doordrukte, alsof hij de inkt werkelijk in mij wilde duwen. Hij was nog steeds heel opgewonden. Het deed even pijn, maar Cedric wist wat hij deed. Hij schreef net niet te groot of te klein.

    ‘Zo goed?’

    ‘Ja.’

    ‘Toon me dan eens hoe goed je je lesje kent.’

    Ik kuste hem nogmaals op de mond. Maar deze keer had ik eerst mijn kauwgum uitgespuugd. Ik rook de rotte stank van zijn sigaretten. Lang hield ik het niet uit. Ik kreeg zuurstoftekort.

    ‘Je zult het nog een beetje beter moeten leren.’

    ‘Ik wou dat je niet zoveel rookte.’

    ‘Waarom? Ze zullen me niet snappen, hoor.’

    ‘Het is niet daarom. Het is voor mij.’

    ‘O.’

    ‘Je smaakt niet zo lekker als je rookt.’

    ‘Ik kan het niet laten. Ik ben verslaafd. Net zoals ik verslaafd ben aan jou.’

    ‘Je zult met een van de twee verslavingen moeten stoppen.’

    ‘Je bent toch niet bang dat ze me betrappen?’

    ‘Nee, daar gaat het niet om.’

    Hij bekeek het woord op mijn dij. Toen legde hij de rok weer zedig over mijn huid. Hij schroefde de dop op de stift en stak hem weg. Bij zijn sigaretten. De bel ging weer. Toen zag ik hem.

    Hij stond niet door de deuropening te gluren. Ik zag hem over de wand het hokje in loeren. Hij moet op de wc-pot van het andere toilet gestaan hebben. Hij deed, zoals gebruikelijk, zijn ronde om de rokers en de dealers te snappen. Ik was zo blij hem te zien, dat ik er zelfs niet bij stil stond dat we betrapt waren.

    Hij keek naar Cedric. Ik voelde mijn hart nu pas echt tekeer gaan. Cedric had niets door. Tot mijn verbazing zei niemand iets. Hij bleef daar maar staan. Toen legde ik mijn armen rond Cedrics hals en trok hem naar me toe.

    ‘Nog een laatste kus voor de executie?’ grapte ik.

    ‘Spreek voor jezelf, meisje. Ik ken mijn les.’

    ‘Ja?’

    ‘Ik heb toch je gsm-nummer?’

    ‘Ik zal hem op stil zetten.’

    ‘Doe maar geen moeite. Hostie hoort alleen maar de stem van God.’

    Ik schudde glimlachend het hoofd en kuste hem een derde keer. Het was allemaal vrij symbolisch. Net zoals in de Bijbel. Ik begon mijn lesje toch al wat te kennen. Terwijl ik hem kuste, bleef ik mijn ogen open houden. Ik staarde naar boven en keek hem recht aan. Ik zag dat zijn ogen achter de fijne bril geschokt keken. Ik weet niet of ik het bewust deed, maar mijn linkeroog trilde. Misschien van de zenuwen voor het proefwerk, of omdat we gesnapt waren. Misschien leek het nog het meest op een knipoog.

    Doe die bril toch eens af, jongen, dacht ik bij mezelf.

    Maar dat deed hij natuurlijk niet.

    Je kunt jezelf nog zoveel mooier maken.

    Ik bleef hem strak aankijken. Het was nodig, want het was de enige manier om die smerige sigarettensmaak van Cedric op mijn tong te harden. Cedric, de arme stakkerd, dacht dat ik er helemaal in opging. Hij kon me niet loslaten.

    ‘Kom, we gaan, of we krijgen al een nul voor we zijn begonnen.’

    ‘Oké.’

    Ik stond op en streek mijn rokje glad. Hij was weg. Ik keek nog één keer naar de hoek van het plafond. Er bleef alleen een leegte over. Ik had toch niet gedroomd? Hoe lang had hij daar al gestaan?

    Lang genoeg om mijn blote dij met het woord te zien?

    Ik zou het snel weten.

    bruno

    Ze kwam als laatste binnen. Ze kwam altijd als laatste binnen. Dat deed ze opzettelijk, om mij te pesten. Maar ik deed alsof het me niets kon schelen. Ze liep te kauwen als een koe en ging achteraan zitten, net achter dat liefje van haar. Ik wachtte tot de hele klas was gaan zitten.

    Het was sterker dan mezelf. Ik keek nog eens naar haar. In haar ogen was ik een stuk speelgoed. De kauwgum die ze rond haar verrukkelijke tong draaide. Ik zette het raam open en begon de examens uit te delen.

    ‘Jullie krijgen één lesuur de tijd om de vragen te beantwoorden.’

    ‘Mogen we eerst nog een schietgebedje doen, meneer?’ ‘Schrijf duidelijk en wees bondig. De vragen gaan allemaal over de Bijbel, de tien geboden en de zeven hoofdzonden.’

    ‘Shit, ik heb de Koran bestudeerd’, grapte er een.

    Ik gaf hem het formulier. Het was me een zootje. Here God, als ik in mijn tijd zo’n grote mond had opgezet, was ik nooit levend uit het college geraakt.

    ‘En leg dat speelgoed van jullie maar mooi op de lessenaar.’ Cedric legde een paar condooms op de lessenaar. Ze lachten. Ze deden zelfs geen moeite om te wachten tot ik mijn rug had gekeerd. Ze lachten me vierkant in mijn gezicht uit.

    ‘Geen gsm’s, geen mp3-spelers en geen zakagenda’s.’ Toen kwam ik bij haar. Ze zat me uitdagend aan te kijken. Te kauwen. Ze hield de armen gekruist. Ik had veel zin om die kauwgum uit haar mond te trekken. Ze hoefde niet zo vulgair en uitdagend te zijn. Ze was een mooi meisje. Ze kon zo onschuldig en zuiver zijn, als ze maar wilde. Als ze zichzelf maar wilde blijven. Ik vroeg me af of ik haar daarbij kon helpen.

    ‘Moet ik mijn kauwgum ook uitdoen, meneer?’ vroeg ze, zo onschuldig als een schaap.

    ‘Je weet nooit waar die grieten met een kauwgum toe in staat zijn, meneer.’

    Dat was die lastpak van een Cedric. Met zo’n jongen als vriend zou ze niet lang onschuldig blijven. Er waren in deze klas alleen al tien jongens die meer recht op haar hadden. Waarom koos ze dan die Cedric?

    ‘Schrijf bovenaan de naam van het vak. Godsdienst.’ Ik bleef voor haar staan. Ze nam een pen en schreef in een kinderlijk handschrift de naam van het vak.

    Ernaast schreef ze: Christina.

    Ik zei voor de hele klas: ‘Naast het vak komt de naam van de leraar die het geeft. Mijn naam is nog altijd Bruno Hoste.’

    Een paar jongens giechelden als oude nonnen. Ik wist waarom. Ze moesten zich inhouden om er geen ‘i’ aan toe te voegen. Ik wist heus wel dat ze me Hostie noemden. Maar ik had er geen probleem mee. Jezus Christus had ook vele bijnamen: de Jodenkoning om er maar een te noemen. Ik bevond me in goed gezelschap.

    ‘Oké. Schrijf de vragen eerst allemaal op. Ik lees ze maar één keer voor. Hier gaan we.’

    Ik ging aan de lessenaar zitten, zette mijn bril af en begon de vragen voor te lezen. Daarna zette ik mijn bril weer op en kon het spel beginnen. Het werd stil. Ik begon een beetje in het Boek te lezen. Af en toe keek ik eens op naar haar. Ik had het excuus dat ik hen in de gaten moest houden. Maar na twee minuten was het hek al van de dam. Het was een feest van ringtones. Het ene na het andere berichtje kwam binnen, alsof het Nieuwjaar was. Na zes deuntjes had ik er flink genoeg van. Ik stond op, zette mijn bril af en stapte door het middenpad.

    ‘Dames en heren, ik heb gezegd jullie speelgoed uit te zetten. Het is hier niet de Vraag van Een Miljoen. Er bestaan geen hulplijnen in dit spel.’

    ‘Het is mijn moeder, meneer’, zei er eentje.

    Terwijl ze lachten, keken ze naar elkaar, gaven seintjes en schreven van elkaar over. Ik liet er een paar begaan. Ik kon hen niet allemaal pakken.

    ‘Ze wil weten of u haar de biecht wilt afnemen. Zij en mijn vader hebben gisteren weer een paar nieuwe dingen uitgeprobeerd.’

    ‘Jaja.’

    Gek, hoe ik altijd pas na een paar minuten de juiste reacties klaar had. Ik had me erbij neergelegd dat ik er niet onmiddellijk op kon reageren. Ze waren me toch te snel af. De jeugd is veranderd. Je hebt tegenwoordig geen brave leerlingen meer. Wat je vandaag enkel nog hebt, zijn leerlingen die zich gedragen als gangsters en die een grote mond opzetten. Maar ik ben er om hen te beschermen tegen zichzelf. Ze hebben allemaal recht op vergeving van hun zonden.

    ‘Wacht nog even met je speeltje uit te zetten, Cedric’, zei ik plots.

    ‘Waarom, meneer?’

    ‘Het is niet je moeder die jou die berichtjes stuurt.’

    ‘Nee? Stuurt ze die dan naar u, meneer?’

    ‘Geen grote mond opzetten, jongen’, zei ik.

    Ik kwam achter hem staan. Zijn mobieltje lag op de rand van zijn lessenaar. Het envelopje stond te flikkeren. Ik wist wel wie hem het berichtje had gestuurd. Het kwam van haar, zijn droommeisje. Zij. Ze zat achter hem. Ik stond nu vlak naast haar. Ik kon haar parfum ruiken. Ik wist voor wie ze het deed. ’t Was zonde.

    ‘Iedereen kijkt naar zijn eigen blad en werkt door. Cedric, geef je gsm eens.’

    ‘Waarom, meneer? Dat is schending van mijn privacy.’

    ‘Als ik je privacy wilde schenden, had ik dat daarnet al gedaan, jongen’, zei ik snedig.

    Ik keek haar niet aan. Hem wel. Hij besefte nu pas dat ik hem in de toiletten had gezien. De vlegel liep honderd jaar achter. Ik wilde me niet omdraaien, maar ik wist dat zij zat te grijnzen.

    ‘Komaan, Cedric, afgeven.’

    Hij deed het. Ik opende het berichtje. Het kwam inderdaad van haar:

    ‘Wanneer gaan wij onze zonde nu begaan?’

    Deze keer wist hij niet wat hij moest zeggen. Ik sprak dan maar in zijn plaats.

    ‘Over welke zonde hebben jullie het? Spieken?’

    Ik nam zijn examen en scheurde het in drie stukken.

    Zijn gsm stak ik in mijn achterzak.

    ‘Je mag jezelf wat in stilte bezighouden, Cedric.’

    ‘Maar, meneer...’

    ‘Dat is geen vraag, maar een gebod, jongen.’

    ‘Word ik hiervoor niet vergeven, meneer?’

    ‘Nee, deze keer niet.’

    ‘Ik bied met plezier de andere wang aan. Van mijn gat.’ Hij begon te lachen, maar toen hij zag dat niemand met hem mee lachte, stopte hij. Ik keek neer op haar. Ze hield haar pen dicht bij het papier, klaar om aan het eerste gebod te beginnen, maar haar vinger trilde. Ik kon zo in haar décolleté kijken. Maar ik keek weg. Haar boezem ging hevig op en neer. Ik zag hoe ze kippenvel kreeg. Wellicht voelde ze dat ik op haar neerkeek. Toen stak ze de punt van de pen in haar mond. Ze zoog erop. Ik ging voor haar staan en nam haar gsm op. Er flikkerde geen berichtje.

    ‘Ik heb niets gedaan, meneer.’

    ‘Iemand moet Cedric dat berichtje gestuurd hebben, Christina.’

    ‘Ik niet.’

    Ze loog dat ze zwart zag. Maar ze wist dat ik wist dat ze loog. Ze genoot ervan. Alsof ik haar toch niets kon maken. Ik beet op mijn tanden. Wat een onschuldig schepsel Gods.

    ‘Dat zou me verbazen, Christina.’

    Ze bleef grijnzen. Een paar jongens keken op, maar ik draaide me vliegensvlug om. Ze gingen verder met hun examen. Dit was iets tussen ons tweeën.

    ‘U mag kijken als u wilt, hoor.’

    ‘Daar heb ik jouw toestemming niet voor nodig.’

    Ik bekeek haar berichten. Het stond er natuurlijk wel. Bij Verzonden Berichten las ik de vraag die ze zonet naar haar vlam had gestuurd. Ze genoot van de twijfel in mijn ogen. Ik zei niets. Keek haar gewoon aan.

    ‘U denkt toch niet dat ik zou spieken?’

    ‘Dat weet ik niet. Iedereen spiekt wel eens.’

    ‘Hebt u ooit gespiekt?’

    ‘Natuurlijk.’

    ‘U mag zoeken, hoor.’

    Ze knikte met haar kinnetje naar haar pennenzak. Maar dat bedoelde ze natuurlijk niet. Ik rommelde wat in de pennenzak. Er zat niets ongeoorloofds in. Ik had niet anders verwacht. Ik wist wel waar ze het verborgen hield.

    ‘Ik heb niets bij me, meneer’, hield ze ongevraagd vol. ‘Geen briefjes in mijn schoen, in de zoom van mijn rok of onder mijn mouw.’

    ‘Nee, maar je hebt

    Enjoying the preview?
    Page 1 of 1