Discover millions of ebooks, audiobooks, and so much more with a free trial

Only $11.99/month after trial. Cancel anytime.

De moordenaar wacht: Thriller
De moordenaar wacht: Thriller
De moordenaar wacht: Thriller
Ebook193 pages2 hours

De moordenaar wacht: Thriller

Rating: 0 out of 5 stars

()

Read preview

About this ebook

DE MOORDENAAR WACHT

door Alfred Bekker

 

 

 

 

Norbert Wolf bevroor toen hij in de loop van het pistool keek.

"Niet bewegen," kwam het gedempte geluid van onder de motorhelm. De man die plotseling uit de duisternis leek te zijn verschenen droeg een zwarte leren outfit. Het vizier van de helm was omlaag gericht, zodat zelfs zijn ogen niet zichtbaar waren.

"Wat wil je?" vroeg Wolf. "De kassa is al weg. Ik heb alleen dertig mark in mijn portemonnee..."

"Hou je mond!" antwoordde de gemaskerde man kil. Hij richtte met de loop van zijn pistool op de toegangsdeur van bouwmarkt Dörner, die Norbert Wolf zojuist achter zich had gesloten.

"Doe weer open!" kwam het gedempte geluid van onder de helm.

Wolf staarde verbijsterd naar de vreemdeling. Hij leunde met zijn schouder tegen het opschrift DE GROTE BOUWMARKT VAN LÜDENSCHEID - DE NUMMER ÉÉN IN ZUIDWESTFALEN. Een slogan die allang niets meer met de waarheid te maken had.

Een lichte huivering greep om Wolfs handen toen hij uiteindelijk aarzelend de sleutel terug in het slot stak en hem omdraaide.

"Ga naar binnen!" beval de gemaskerde man.

LanguageNederlands
PublisherAlfred Bekker
Release dateMar 10, 2023
ISBN9798215786512
De moordenaar wacht: Thriller
Author

Alfred Bekker

Alfred Bekker wurde am 27.9.1964 in Borghorst (heute Steinfurt) geboren und wuchs in den münsterländischen Gemeinden Ladbergen und Lengerich auf. 1984 machte er Abitur, leistete danach Zivildienst auf der Pflegestation eines Altenheims und studierte an der Universität Osnabrück für das Lehramt an Grund- und Hauptschulen. Insgesamt 13 Jahre war er danach im Schuldienst tätig, bevor er sich ausschließlich der Schriftstellerei widmete. Schon als Student veröffentlichte Bekker zahlreiche Romane und Kurzgeschichten. Er war Mitautor zugkräftiger Romanserien wie Kommissar X, Jerry Cotton, Rhen Dhark, Bad Earth und Sternenfaust und schrieb eine Reihe von Kriminalromanen. Angeregt durch seine Tätigkeit als Lehrer wandte er sich schließlich auch dem Kinder- und Jugendbuch zu, wo er Buchserien wie 'Tatort Mittelalter', 'Da Vincis Fälle', 'Elbenkinder' und 'Die wilden Orks' entwickelte. Seine Fantasy-Romane um 'Das Reich der Elben', die 'DrachenErde-Saga' und die 'Gorian'-Trilogie machten ihn einem großen Publikum bekannt. Darüber hinaus schreibt er weiterhin Krimis und gemeinsam mit seiner Frau unter dem Pseudonym Conny Walden historische Romane. Einige Gruselromane für Teenager verfasste er unter dem Namen John Devlin. Für Krimis verwendete er auch das Pseudonym Neal Chadwick. Seine Romane erschienen u.a. bei Blanvalet, BVK, Goldmann, Lyx, Schneiderbuch, Arena, dtv, Ueberreuter und Bastei Lübbe und wurden in zahlreiche Sprachen übersetzt.

Related to De moordenaar wacht

Related ebooks

Related articles

Related categories

Reviews for De moordenaar wacht

Rating: 0 out of 5 stars
0 ratings

0 ratings0 reviews

What did you think?

Tap to rate

Review must be at least 10 words

    Book preview

    De moordenaar wacht - Alfred Bekker

    Copyright

    Een boek van CassiopeiaPress: CASSIOPEIAPRESS, UKSAK E-Books, Alfred Bekker, Alfred Bekker presents, Casssiopeia-XXX-press, Alfredbooks, Uksak Special Edition, Cassiopeiapress Extra Edition, Cassiopeiapress/AlfredBooks en BEKKERpublishing zijn imprints van.

    Alfred Bekker

    © Roman door Auteur

    © van dit nummer 2023 door AlfredBekker/CassiopeiaPress, Lengerich/Westfalen

    De verzonnen personen hebben niets te maken met werkelijk levende personen. Overeenkomsten in namen zijn toevallig en niet bedoeld.

    Alle rechten voorbehouden.

    www.AlfredBekker.de

    postmaster@alfredbekker.de

    Volg op Facebook:

    https://www.facebook.com/alfred.bekker.758/

    Volg op Twitter:

    https://twitter.com/BekkerAlfred

    Lees het laatste nieuws hier:

    https://alfred-bekker-autor.business.site/

    Naar de blog van de uitgever!

    Blijf op de hoogte van nieuwe publicaties en achtergronden!

    https://cassiopeia.press

    Alles over fictie!

    DE MOORDENAAR WACHT

    door Alfred Bekker

    1

    Norbert Wolf bevroor toen hij in de loop van het pistool keek.

    Niet bewegen, kwam het gedempte geluid van onder de motorhelm. De man die plotseling uit de duisternis leek te zijn verschenen droeg een zwarte leren outfit. Het vizier van de helm was omlaag gericht, zodat zelfs zijn ogen niet zichtbaar waren.

    Wat wil je? vroeg Wolf. De kassa is al weg. Ik heb alleen dertig mark in mijn portemonnee...

    Hou je mond! antwoordde de gemaskerde man kil. Hij richtte met de loop van zijn pistool op de toegangsdeur van bouwmarkt Dörner, die Norbert Wolf zojuist achter zich had gesloten.

    Doe weer open! kwam het gedempte geluid van onder de helm.

    Wolf staarde verbijsterd naar de vreemdeling. Hij leunde met zijn schouder tegen het opschrift DE GROTE BOUWMARKT VAN LÜDENSCHEID - DE NUMMER ÉÉN IN ZUIDWESTFALEN. Een slogan die allang niets meer met de waarheid te maken had.

    Een lichte huivering greep om Wolfs handen toen hij uiteindelijk aarzelend de sleutel terug in het slot stak en hem omdraaide.

    Ga naar binnen! beval de gemaskerde man.

    Hij stak Wolf pijnlijk in de zij met de harde loop van het pistool.

    Wolf werd doodsbleek. Hij slikte.

    Natuurlijk, zei hij. Rustig aan, wil je? Rustig aan, ik doe alles wat je zegt!

    Angstzweet parelde op Wolf's voorhoofd. Hij ging door de deur.

    De gemaskerde man volgde hem en trok de sleutel uit het slot.

    In de bouwmarkt heerste een soort halfduisternis.

    De enige lichtbronnen waren de lantaarns op de parkeerplaats, die door de grote ramen naar binnen schenen.

    Zal ik het licht aandoen? vroeg Wolf.

    Nee, geen licht.

    Er is alleen wisselgeld in de kassa's!

    Fuck de kassa! kwam als een dreigement van onder de helm vandaan. De gemaskerde man gebaarde nerveus met het pistool. Kom op, laten we gaan! gromde hij toen.

    Waar?

    Ik zal het je vertellen!

    Ze liepen langs de kassa's, waarvan er in totaal drie waren in de Dörner bouwmarkt. De gemaskerde man leidde Wolf tussen de hoge rekken door, langs de enorme rollen goedkope vloerbedekking en de insteekelementen waarvan de geoefende doe-het-zelver plankwanden kon maken. Deze bouwmarkt had een oppervlakte van ruim vijfhonderd vierkante meter. En het was een soort labyrint.

    Op een gegeven moment reikte de gemaskerde man in de plank.

    Hij nam een rol extra brede tape.

    Metalen kleuren. Wolf zag het vanuit zijn ooghoek. Hij kon zien hoezeer de vraag wat het betekende hem dwars zat. Niemand zou zo'n ophef maken om een rol isolatietape te stelen.... Norbert Wolf wist dat ook.

    Er was een informatiestand bij de houtafdeling.

    De gemaskerde man liet zijn blik afdwalen.

    Toen keek hij achter de toonbank.

    Ga op die stoel daar zitten! instrueerde hij Wolf in niet mis te verstane bewoordingen.

    Wolf haalde diep adem. Luister, wat wil je eigenlijk. Ik maak het je niet moeilijk... I...

    Ik wil je praatjes niet horen! antwoordde de gemaskerde man kil. Ga op de stoel zitten...

    Wolf hijgde. Paniek greep hem aan.

    "Jij was het, nietwaar? Jij belde me en stuurde die brieven.... Jij...

    Ga op de stoel zitten!

    Wolf gehoorzaamde. Hij ging zitten op de al behoorlijk versleten draaistoel. Hij piepte toen hij dat deed.

    Handen op de rug! kwam het bevel van de gemaskerde man.

    Wolf gehoorzaamde. En de volgende seconde kreeg hij een brute klap op de slaap met de loop van een pistool.

    Verdwaasd zakte Wolf neer. De gemaskerde man legde het pistool op het aanrecht en haalde de isolatietape uit de folie. En toen begon hij Wolf letterlijk in te pakken. Hij bond zijn armen naar achteren en bond ze vast aan de stoel. Toen boog hij ruw zijn benen onder de stoel en rijgde zijn voeten aan elkaar met zijn handen. Wolf kreunde. Hij leek weer bij te komen.

    Maar voordat hij luider kon praten, had de gemaskerde man ook zijn mond dichtgeplakt.

    Toen draaide de gemaskerde man de rolstoel om.

    Wolf keek hem vermoeid aan. Angst straalde uit zijn lichtblauwe ogen.

    De gemaskerde man bekeek zijn slachtoffer even door het gesloten helmvizier.

    Toen gaf hij de stoel een schop.

    Er was een stap op ongeveer twee meter afstand. De stoel viel met een klap op de grond. Een gedempt gekreun kwam van onder de tape. Wolf's ogen werden groot van angst. Hij lag hulpeloos op de grond en probeerde wanhopig te bewegen. Als een insect in een spinnenweb.

    De gemaskerde man nam het pistool terug en keek naar de man die op de grond lag.

    Toen hief hij het pistool op, richtte en haalde de trekker over.

    Wolf sloot zijn ogen.

    Het klikte.

    Het pistool was niet geladen. Een gedempte lach klonk van onder de helm, terwijl zweetdruppels op Wolfs voorhoofd glinsterden.

    2

    Moeller zette de saxofoon aan zijn mond. Een ruw, krakend geluid kwam eruit en vormde het eerste element van een zinderende cascade van geluiden.

    Moeller sloot zijn ogen.

    Hij ontwikkelde zijn improvisatie over de licht swingende baslijn van de Miles Davis standaard SO WHAT. Een constante stroom van rauwe, scherpe tonen borrelde uit zijn hoorn.

    Appeggi, die soms een beetje off key waren.

    Tussendoor waren er ook een paar piepjes en boventonen, waarvan slechts kon worden aangenomen in hoeverre ze daadwerkelijk in deze vorm bedoeld waren of slechts werden geaccepteerd.

    Maar wat voor een John Coltrane was toegestaan, mocht Moeller ook doen. In dit opzicht was Moeller een anarchist. Hij kende geen respect. Niet voor de levenden of de doden, noch voor de oren en zenuwen van zijn tijdgenoten en buren. Misschien speelde Moeller een beetje krom, maar het klonk interessant. Moeller speelde met meer bezieling dan menig geprezen jazzgrootheid. Dat vond hij zelf tenminste.

    Zijn solo ontwikkelde zich. Meer en meer gedurfde toonsprongen en loopjes volgden elkaar op. Moeller speelde zichzelf in een soort roes. Naast hemzelf en zijn instrument was er alleen nog de koptelefoon met de dikke schelpen waarop hij de bas, de piano en de drums hoorde, die hij vooraf digitaal had opgenomen met behulp van een Roland-geluidsmodule en een keyboard. Alleen de saxofoon nam hij akoestisch op en mixte het geluidsspoor achteraf met de rest. All the really great ones are long dead!, zei Moeller wel eens, omdat hij het een bon mot vond. En hij dacht aan Charlie Parker, Miles Davis, John Coltrane en misschien Duke Ellington. En hij vroeg zich regelmatig af waarom hijzelf eigenlijk nog leefde. Misschien omdat je een gezonder beroep koos, dacht hij.

    Ergens in een ver verleden werd Moeller geconfronteerd met het alternatief: Een onzeker leven als muzikant of een zekere baan bij de overheid.

    En omdat hij ergens diep van binnen had geweten dat hij toch niet zo groot was als Coltrane, had hij de veilige weg gekozen. Hij was politieagent geworden.

    Maar was de strijd tegen de misdaad niet ook iets wat de moeite waard was om voor te leven? Het recht helpen zegevieren en de zwakken beschermen? In deze context moest Moeller altijd denken aan de Batman-strips die hij als jongen had gelezen. Het enthousiasme voor Batman was er eerder dan dat voor John Coltrane, de passie voor recht en rechtvaardigheid eerder dan die voor jazz.

    Dus hij was nu een politieagent. Rechercheur, om precies te zijn.

    En diep van binnen wist Moeller dat hij met dit werk de mensheid beter kon dienen dan met de onvrijwillige piepjes uit zijn saxofoon.

    Ondertussen had hij 15 jaar dienst bij de recherche van Lüdenscheid achter de rug. En hij was nog steeds hoofdrechercheur op salarisniveau A12. Verder was hij nooit gekomen. Zelfs aan zijn uiterlijk te zien, leek Moeller nogal onaangepast. Zijn lange haar teruggetrokken in een paardenstaart, de driedaagse baard en de kapotte spijkerbroek. Moeller beschouwde zichzelf als een non-conformist en schreef het feit dat hij nooit verder was gekomen dan inspecteur bij de afdeling moordzaken, gewoonlijk moordbrigade genoemd, aan deze omstandigheid toe.

    Maar als hij eerlijk was, had hij nooit enige ambitie getoond. In ieder geval lag zijn hart niet bij het werk. Niet de dikke dossiers met de minutieus opgesomde bewijzen en aanwijzingen. Niet de pagina's en pagina's met expertises over haarresten en bloedsporen en vezels van een of andere trui. Zijn hart behoorde toe aan de jazz, de meest vrije en non-conformistische van alle muziekvormen. Jazz was zoals hij, vond hij vaak. En het meest jazzy van alle instrumenten was de saxofoon, een instrument dat voor elke speler een geheel eigen, zeer persoonlijke klank had.

    Moeller speelde alsof hij in trance was.

    Hij werd getransporteerd naar een eigen wereld. Een wereld van tonen en geluid en vrijheid. Want niets was voorgeschreven. Alles kon gebeuren. De muziek ontstond uit het moment. Een creatieve daad die niet herhaald kon worden. Of het werkte of het mislukte. Er was geen zekerheid, geen noten om je aan vast te klampen.

    Hooguit een harmonisch raamwerk of een baslijn. En zelfs dit raamwerk kon worden doorbroken. Moellers vingers bewogen met een adembenemende snelheid over de toetsen van het instrument, een altsaxofoon in Es. Zijn tonen werden nu zachter, lyrischer. Emotionele passages vervingen de scherpe, hoekige noten. Moeller was al lang vergeten in welke toonaard hij moest spelen. Hij speelde gewoon. Iemand anders leek zijn lippen en vingers te bewegen en te coördineren.

    Misschien de god van de jazz zelf of de saxofoongeest van John Coltrane. Dat waren de momenten waar Markus Moeller voor leefde. En toen mengde zich plotseling iets anders in dit diepe gevoel.

    Een dissonantie waartegen elke piep van Coltrane als een openbaring zou hebben geklonken.

    Een schel geluid dat steeds indringender in Moeller's muziek sneed.

    Zelfs door de koptelefoon met de dikke schelpen was het nu onmiskenbaar.

    Een sirene!

    Moeller vloekte zachtjes in zichzelf over wat zijn oude recorder zou vastleggen voor het nageslacht.

    Hij deed de koptelefoon af en legde hem neer op een nogal versleten fauteuil die hij in zijn thuisstudio had laten staan. Toen zuchtte hij en ging naar het raam.

    De sirenes werden niet veroorzaakt door zijn collega's van de beschermingspolitie, noch door ambulances.

    Het was de brandweer.

    Moeller herkende dit aan het geluid.

    Hij keek naar buiten in de duisternis, zag de zwaailichten en hoorde een andere

    Enjoying the preview?
    Page 1 of 1