Discover millions of ebooks, audiobooks, and so much more with a free trial

Only $11.99/month after trial. Cancel anytime.

Remi en de geest van La Ferme: Remi, #1
Remi en de geest van La Ferme: Remi, #1
Remi en de geest van La Ferme: Remi, #1
Ebook153 pages1 hour

Remi en de geest van La Ferme: Remi, #1

Rating: 0 out of 5 stars

()

Read preview

About this ebook

Als de hoogbegaafde Remi zijn middelbare school grote schade berokkent in een poging te bewijzen dat hij wél cool is, sturen zijn ouders hem naar een kostschool voor begaafde kinderen in Frankrijk. Eenmaal op La Ferme aangekomen, ontdekt Remi al snel dat er iets niet pluis is. Waar komen 's nachts toch die mysterieuze voetstappen vandaan? Samen met zijn wereldvreemde kamergenoot Maarten en met het knapste meisje van de school Sunee, gaat hij op onderzoek uit.

LanguageNederlands
Release dateApr 17, 2024
ISBN9798224946655
Remi en de geest van La Ferme: Remi, #1
Author

Jessica Colins

Jessica werkt met kinderen die het thuis of op school moeilijk hebben. Ze hebben bijvoorbeeld ADHD, autisme, hoogbegaafdheid, dyslexie of faalangst, of groeien op onder bijzondere omstandigheden. Voor deze kinderen schrijft Jessica haar boeken: zodat zij ook eens een boek kunnen lezen met een hoofdpersoon die op hen lijkt. Ze kunnen zich in de hoofdpersoon herkennen en zien hoe deze met zijn of haar problemen omgaat. Humor en avontuur worden hierbij natuurlijk niet uit de weg gegaan, want een boek moet vooral leuk zijn om te lezen!

Related to Remi en de geest van La Ferme

Titles in the series (3)

View More

Related ebooks

Related articles

Related categories

Reviews for Remi en de geest van La Ferme

Rating: 0 out of 5 stars
0 ratings

0 ratings0 reviews

What did you think?

Tap to rate

Review must be at least 10 words

    Book preview

    Remi en de geest van La Ferme - Jessica Colins

    1

    ‘M aar meneer,’ riep Remi, terwijl hij zijn hand opstak. De klas zuchtte diep. ‘Hoe werkt dat dan precies? Als...’

    ‘Hou je kop toch eens Remi!’ De jongen die voor hem zat draaide zich om en keek hem met samengeknepen ogen aan.

    Remi’s onderkaak klapte dicht.

    ‘Als wat?’ vroeg de natuurkundedocent, die de jongen negeerde.

    ‘Ttt,’ klonk het op verschillende plaatsen.

    Een van de meisjes liet haar hoofd op haar tafeltje vallen.

    ‘Laat maar,’ zei Remi.

    De docent bestudeerde fronsend zijn uitleg op het bord en haalde met een schokje zijn schouders op.

    Nu wist Remi het zeker. Het plan ging door. In de pauze zou hij samen met Mees de voorbereidingen treffen en dan, dertig minuten later, zouden ze hun schoolgenoten er voor eens en altijd van overtuigen dat ze helemaal geen watjes waren. Hij was het zat om ‘nerd’  genoemd te worden. Vandaag zou hij bewijzen dat je met een hoge intelligentie meer kunt dan leren.

    Toen de bel ging haastte hij zich naar het kluisje van Mees, hun vaste ontmoetingspunt. Mees grijnsde naar hem, vanachter zijn vette slierten zwart haar.

    ‘Dit is het uur U,’ fluisterde hij. Hij maakte zijn kluisje open en haalde er een plastic tas uit.

    Ze gingen naar het toilet op de derde verdieping, waar nu niemand zou zijn. Mees kieperde de zak leeg en legde alles netjes op een rijtje. Ze gingen aan het werk.

    Vijfentwintig minuten later zat Remi weer in de les. De stof kende hij al, maar hij verveelde zich geen seconde. Keer op keer keek hij op zijn horloge, wach-tend op het juiste moment om zijn hand in zijn tas te steken. Zou Mees ook op de tijd letten? Net als Remi was hij veruit de jongste van zijn klas. Toen ze twee jaar geleden in de brugklas kwamen waren ze allebei tien. Om onbegrijpelijke redenen werden ze niet bij elkaar in de klas geplaatst, zelfs niet op eigen verzoek. En toen was het pesten begonnen. Remi had gedacht dat Gymnasiumleerlingen ook graag zouden studeren, maar dat was vies tegengevallen. Het werd hem niet in dank afgenomen dat hij altijd het antwoord wist, of juist heel veel vragen stelde. Alleen als hij de dictatoriale docent Latijn verbeterde kon hij op een grijns van sommige klasgenoten rekenen. Maar dat vond die leraar dan weer niet leuk.

    Voor de honderdste keer keek hij op zijn horloge. Nu! Dit was het moment. Remi stak zijn hand in zijn rugzak en haalde er een opvouwbare paraplu uit. Hij klapte hem open en hield hem demonstratief boven zijn hoofd.

    Net toen de klas zich naar hem omdraaide klonk zijn eigen stem uit de intercom.

    Het volgende programma wordt u aangeboden door Nerd en Studiebol. Wij wensen u veel plezier.’ Keiharde metalmuziek knalde uit de luidspreker in de linkerhoek voorin de klas.

    Een paar jongens grijnsden naar Remi. Zie je wel dat het zou werken. Een paar seconden later werd de intercom uitgeschakeld, waarschijnlijk door de conciërge. Daarmee triggerde de man, zonder het te weten, het brandalarm. Het gekrijs van de sirene was oorverdovend. Iedereen keek opgewonden om zich heen.

    ‘Meneer,’ begon iemand. ‘Moeten we niet...’ Toen sprong het sprinklersysteem in werking.

    Meisjes begonnen te gillen en hielden boeken boven hun hoofd. De klas kwam in beweging en sprintte als één man de gang in.

    ‘Rustig!’ riep de docent, die eveneens de gang opging. ‘Geen paniek! Loop kalm naar de uitgang.’  Hij stak zijn hoofd om de hoek van het lokaal. ‘Remi, waarom is het water rood?’

    Remi haalde zijn schouders op. Natuurlijke kleurstof hadden ze een leuk extraatje gevonden. Hij liep de gang op. Verderop zag hij Mees, bovenop een tafel en eveneens voorzien van een paraplu. Hij telde hardop af.

    ‘Drie, twee, één.’

    Het alarm stopte, om te worden vervangen door muziek en op de maat knipperende tl-buizen. Het water had zijn normale kleur terug. Singing in the rain was een perfecte keuze geweest.

    Remi en Mees liepen naar beneden. De school was grotendeels leeggestroomd. In de meterkast was de conciërge druk bezig met het dichtdraaien van de hoofdkraan. Een van de docenten sprong zijn kamer in en zette de intercom uit. De muziek hield op en werd onmiddellijk gevolgd door de schoolbel. Van boven klonken een paar knallen.

    ‘Zet de stroom af,’ riep de docent, die met grote ogen naar het plafond keek.

    De conciërge zette de hoofdschakelaar om en opeens was het doodstil in het gebouw. De lerares Nederlands kwam de trap af en liep naar de conciërge. Haar witte blouse was nu roze en haar kapsel had betere tijden gekend.

    ‘De computers in de mediatheek zijn doorgebrand,’ zei ze hijgend.

    ‘Zonde,’ mompelde Remi. Stom dat ze daar niet aan gedacht hadden.

    Samen met Mees liep hij naar buiten, waar ze hun paraplu’s lieten zakken. Sommige jongens applaudisseerden, maar de meeste meisjes staarden hen woedend aan.

    ‘Rotjong, weet je wel wat dit truitje gekost heeft?’ vroeg een meisje uit Remi’s klas.

    ‘Mooie BH, Sarah!’ riep een van de jongens.

    Tientallen meisjes kruisten hun armen voor hun borst. Remi grijnsde. Toen stapte de conrector naar voren.

    ‘Zijn jullie hier verantwoordelijk voor? Juist. Jullie zijn de rest van de dag geschorst. Morgenmiddag om vier uur verwacht ik jullie in mijn kamer, met jullie ouders.’ Hij draaide zich om en keek naar de massa verzopen jongeren. ‘En gaan jullie ook maar naar huis. Zo kan er toch geen les worden gegeven.’

    Sommigen juichten en iemand gaf Remi zowaar een high five. Ondanks de nattigheid had hij een warm gevoel in zijn borst.

    ‘De schade is enorm,’ zei de conrector de volgende dag tegen de gechoqueerde ouders van Mees en Remi, die zich samen met de jongens in het kantoortje hadden verzameld. ‘Het is nog niet duidelijk om welk bedrag het gaat, maar ik kan u verzekeren dat het substantieel zal zijn.’

    De ouders zwegen. Mees’ moeder frunnikte aan haar parelketting. De omvang van de schade was Remi al een beetje duidelijk geworden toen hij die ochtend via de ‘telefoonboom’ was gebeld door een klasgenoot, met de mededeling dat de school vandaag gesloten zou zijn. Het was de eerste keer dat de jongen de moeite had genomen hem te bellen. Meestal sloeg hij hem over en belde hij de volgende op de lijst, zodat Remi het eerste uur voor niks op school zat.

    Remi ving een donkere blik van zijn vader.

    ‘Dat wordt een bijbaantje, jongen. Je zult alles terugbetalen, tot de laatste cent,’ zei hij.

    ‘Met alle respect meneer, ik denk niet dat een bijbaantje voldoende zal zijn,’ zei de conrector. ‘Denk alleen al aan alle kapotte computers, dat zijn er al snel een stuk of dertig. En dan de lekkage... De jongens mogen van geluk spreken dat we geen aangifte tegen hen hebben gedaan, maar we kunnen hen hier niet handhaven. U zult op zoek moeten naar een andere school.’

    ‘Ze... ze worden van school gestuurd?’ vroeg Mees’ moeder ademloos.

    De conrector knikte. ‘Ze kunnen hier blijven tot u een geschiktere plaats voor hen hebt gevonden.’

    Twee weken later zat Remi op het Montessorilyceum uit het raam te staren. Het was hier heel anders dan op het Gym. De docenten stonden niet vóór de klas, ze liepen dóór de klas. Het scheen dat hij bepaalde dingen op bepaalde momenten af moest hebben, maar hij wist niet exact hoe en wat. Bovendien gaven ze hier geen Grieks en Latijn, dus kon hij geen Gymnasiumdiploma halen. Volgens zijn moeder kon dat best als hij het zelf deed, maar hij had geen idee hoe. Hij wierp een blik op het project waar zijn groepje aan werkte. Zij leken precies te weten wat ze deden, terwijl hij niet eens begreep wat de bedoeling was. Hij wilde een vraag stellen, maar bedacht zich. Laat ook maar. Ze konden het zonder hem prima af.

    Na drie maanden moesten zijn ouders op school komen. Zijn mentrix zei dat er niets uit zijn handen kwam en dat het Montessorionderwijs niet de juiste keuze leek voor hem. Ze zei dat het niet zijn schuld was, dat hij er gewoon te laat mee was begonnen. Ze hadden geprobeerd hem zelfstandig te leren werken, maar dat had niet geholpen. Na de zomer mocht hij best terugkomen, maar misschien was een andere school geschikter voor hem.

    ‘Nu heb je het gedaan, jongen,’ zei zijn vader even later, terwijl hij met een rood hoofd de school uit beende.

    ‘Ik heb helemaal niets gedaan,’ riep Remi.

    ‘Nee, daarom juist. Maar nu zijn we er klaar mee. We gaan op zoek naar een school waar ze wel raad weten met gevallen zoals jij. Waar ze je desnoods aan je tafeltje vastspijkeren.’

    ‘Gevallen zoals ik? Eerst werk ik te hard, dan niet hard genoeg. Het is ook nooit goed.’

    ‘Probeer er niet onderuit te komen, mannetje. Je bent niet van school getrapt omdat je te hard werkte.’

    ‘Wel omdat ze me pestten.’

    ‘Je bent gewoon te gevoelig,’ zei zijn moeder. ‘We zullen heus wel een goede school voor je vinden. Het ligt allemaal niet alleen aan jou.’

    ‘Remi, Remi! Kijk nou wat ik heb gevonden!’ Zijn zus stormde zijn kamer in en drukte hem een folder in zijn handen.

    ‘La Ferme,’ las hij hardop. ‘School voor Begaafde Jeugdigen.’

    ‘Ze sturen je naar kostschool man!’

    ‘Wat?’

    ‘In Frankrijk!’

    ‘Wát?!’

    ‘Ze willen van je af, lief broertje.’ Ze plofte neer op zijn bed.

    2

    ‘J a, da-ag! Daar ga ik dus echt niet heen,’ zei Remi. ‘Zouden ze dat menen?’

    ‘Je ziet het toch,’ zei zijn zus, met een knik naar het foldertje.

    ‘Dat zie ik echt niet

    Enjoying the preview?
    Page 1 of 1