Discover millions of ebooks, audiobooks, and so much more with a free trial

Only $11.99/month after trial. Cancel anytime.

Onzichtbaar
Onzichtbaar
Onzichtbaar
Ebook256 pages3 hours

Onzichtbaar

Rating: 0 out of 5 stars

()

Read preview

About this ebook

BEN JIJ DAT GEWONE, NORMALE MEISJE MET DOODNORMALE VRIENDEN DAT DOL IS OP ROMANTIEK, SPANNING EN HET PARANORMALE, MAAR DAN ZONDER VAMPIERS EN WEERWOLVEN... DAN HOEF JE NIET VERDER TE ZOEKEN!

... ... Ellen kreunde inwendig. De enige leerling die haar had opgemerkt en tegen haar had gesproken, was al opgenomen in de groep. Donderdag zou ze weer alleen zitten. Wat had ze dan gedacht! Dat zo’n jongen haar zag staan?
Zich verbijtend liep ze de laatste paar meter naar haar fiets toen ze de vreselijke stem van Claire hoorde sneren: ‘Kijk die Miep nou slepen! Het moet echt niet gekker worden, hóór!’
Ellen deed net of ze niets hoorde en bond de zware doos onder haar snelbinders, maar het hatelijke gelach sneed dwars door haar heen. Aan die meiden had ze maling, maar het feit dat Nadir daar nu bij stond terwijl hij eerder zo aardig was geweest, deed haar pijn. Ze trok haar fiets uit het rek en reed verblind door de opkomende tranen het schoolplein af ... ...

Ellen van Dam zou volkomen tevreden zijn geweest met een saai leven, maar een zwaar auto-ongeluk waarbij haar vader omkomt en zijzelf op het randje van de dood zweeft, verandert alles. Haar leven zal nooit meer hetzelfde zijn.

De middelbare school is voor veel jongeren een kwelling, maar voor Ellen wordt het pas echt vreselijk als zij na de verhuizing op een nieuwe school terechtkomt en het meest populaire meisje haar vanaf de allereerste dag tot mikpunt maakt en geen kans voorbij laat gaan haar belachelijk te maken. En dan zijn er die vreselijke nachtmerries en waanbeelden waar zij steeds meer last van krijgt. Is ze gek aan het worden? Dingen zien die er niet zijn ... of zijn ze er wel?

Er is één lichtpuntje in al deze ellende en zijn naam is Nadir Garzetti. Lang, donker, oh-zo-knap en ... ook nieuw op school. Ellen valt als een blok voor hem. Is hij dan de vriend die ze zo nodig heeft of slechts een wensdroom, ook een illusie?

Laat je meeslepen door dit romantische mysterie en leef mee met Ellen die haar leven weer onder controle probeert te krijgen en haar nieuwe zelf moet zien te vinden terwijl ze tegelijkertijd moet omgaan met groot verdriet, hevige verliefdheid, spanning en onverklaarbare dingen. Je zult het boek niet neerleggen voordat het uit is.

LanguageNederlands
Release dateApr 16, 2012
ISBN9781476214498
Onzichtbaar
Author

Maureen Van Tongeren

Maureen van Tongeren was born and raised in Amsterdam. After high school she studied Art History and Archaeology, determinant to become an Archaeologist. But instead of digging up lost cities, she ended up in the financial world, working as a bondtrader for a bank and on the Amsterdam Stock Exchange.Pregnant with her first son, Van Tongeren said goodbye to Amsterdam and the Stock Exchange and moved to a village in the Gooi area where, two years later, her second son was born. Both of them are now grown up and have left home, but she still lives there, together with her husband and two adorable cats.In addition to her work as a secretary, Van Tongeren finds great joy in writing. From the very moment she could read – already at the age of four – a world without books was unimaginable. She simply loves to get lost in a story.When not working or writing, Van Tongeren can be found reading, cooking, making long walks in nature or crocheting and knitting, because creating forms with wool and cotton can be nearly as magical as writing a story word by word and making the characters come to life.Maureen van Tongeren werd geboren in Amsterdam waar zij na haar middelbare school begon aan een studie Kunstgeschiedenis en Archeologie, vastbesloten archeologe te worden. Zij behaalde haar propedeuse, maar trad niet in de voetsporen van Indiana Jones en kwam in een heel andere wereld terecht: de financiële.Zwanger van haar eerste zoon, zegde zij zowel Amsterdam als Beursplein 5 vaarwel en verhuisde naar ‘t Gooi. Daar woont zij nu nog altijd, samen met haar man en twee schattige katten. Haar inmiddels volwassen zoons zijn uitgevlogen.Naast haar werk als secretaresse, is zij dagelijks bezig met schrijven. Vanaf het moment dat Van Tongeren kon lezen – en dat was al op de leeftijd van vier jaar – was een leven zonder boeken ondenkbaar. Zij vindt niets heerlijker dan verdwijnen in een verhaal.Als Van Tongeren niet werkt of schrijft, is zij waarschijnlijk aan het lezen, koken, wandelen in de natuur of aan het haken en breien, want vormen creëren met wol en katoen is bijna net zo magisch als woord voor woord een verhaal laten ontstaan en de karakters tot leven laten komen.

Related to Onzichtbaar

Titles in the series (3)

View More

Related ebooks

Related articles

Related categories

Reviews for Onzichtbaar

Rating: 0 out of 5 stars
0 ratings

0 ratings0 reviews

What did you think?

Tap to rate

Review must be at least 10 words

    Book preview

    Onzichtbaar - Maureen Van Tongeren

    HOOFDSTUK 1

    Ellen boog zich naar voren en draaide aan de volumeknop van de autoradio. ‘Last Christmas I gave you my heart…’ schalde het uit de speakers. Ellen zong mee. Hard en zo vals als een kraai.

    Haar vader keek even grinnikend opzij. ‘Ellen van Dam, dat knappe koppie heb je duidelijk van mij, maar die stem…?!’

    Met pretlichtjes in haar ogen en rozige wangen galmde Ellen verder: ‘…but this year I give it to someone special…

    Ze waren op de terugweg van Den Bosch waar ze een kerstcadeau voor mam hadden gekocht. Een prachtige zilveren ketting met turkooizen stenen en bijpassende oorbellen. In de stad was het gezellig druk geweest en ze hadden genoten van de vrolijke sfeer en de prachtige kerstversieringen. Hoewel ze al vroeg op pad waren gegaan was de dag omgevlogen. Ter afsluiting aten ze een heerlijk stokbroodje in een overvolle lunchroom waar Ellen toch nog een tafeltje hadden weten te veroveren.

    Haar vader keek op zijn horloge. ‘Nou, Prinses, we hebben het gered, we zijn op tijd thuis. Het is half drie en je moeder moet tot half vier werken. Wat zullen we zeggen dat we gedaan hebben vandaag?’

    Ze verzonnen een smoes terwijl meneer Van Dam de snelweg verliet en de provinciale weg opdraaide die naar hun dorp leidde. Nog tien kilometer en dan waren ze thuis.

    Ellen staarde soezerig naar buiten. De grote bomen flitsten om de paar meter voorbij. De laagstaande zon weerkaatste in de bevroren sloot langs de weg. Het zoveelste kerstliedje galmde uit de radio en toen… toen brak de hel los.

    ‘Christus, wat doet die nou!’ schreeuwde Ellens vader. Hij gaf een ruk aan het stuur en drukte vol op het rempedaal. De motor gierde, de remmen piepten en de wagen slingerde heftig. Wat volgde was een oorverdovende klap toen de tractor tegen de bestuurderskant aanknalde. Meneer Van Dam werd opzij geslagen. De auto begon te tollen. Ellen slaakte een ijselijke gil en sloeg haar armen over haar hoofd toen ze de boom in volle vaart op zich af zag komen.

    Daarna was het donker, donker maar zo kalm, zo rustig. Langzaam verschenen er kleuren. Prachtige kleuren. Ze werden steeds lichter totdat er niets anders was dan een warm, liefdevol, allesomvattend helder licht. Wat was het hier heerlijk. Ellen keek opzij. Haar vader stond naast haar. Ze glimlachte naar hem. Hij glimlachte terug. Achter hem stond nog iemand. Ellen kneep haar ogen samen tegen de schitterende, heldere lichtkrans die de figuur omgaf. De glimlach rond haar mond werd nog groter. Oma Zwaantje! Daar stond oma Zwaantje. Ze wilde naar haar toe, maar iets hield haar tegen. Een onzichtbare hand. Ze draaide zich weer naar haar vader met vragende blik. Wat was er toch aan de hand? Waar waren ze terechtgekomen?

    Plotseling werd het heldere licht zwakker en verscheen er een ander beeld. Ze keek neer op een compleet verwrongen auto die tegen een boom stond. Stoom siste onder de motorkap vandaan en er lekte benzine uit de opengescheurde tank. De brandweer knipte met een grote hydraulische schaar het dak open. Er werd schuim op de lekkende benzine gespoten en ambulancepersoneel stond te wachten tot ze erbij konden. Het dak werd in zijn geheel van het verwrongen wrak getild. Het bovenlichaam van haar vader lag in een onnatuurlijke houding opzij over de stoel van Ellen. Zijn benen zaten bekneld onder het stuur en het dashboard dat door de klap naar voren was geduwd. De linkerkant van zijn gezicht was zwaar beschadigd. Ellen zag zichzelf voorover over het dashboard liggen, alsof ze naar een film keek. Het ambulancepersoneel begon aan zijn taak. Er werd een kraag om Ellens nek gedaan en een harde, oranje plank tegen haar rug bevestigd voordat ze voorzichtig uit de auto getild werd en op een brancard gelegd.

    ‘Waarom helpen jullie papa niet?’ fluisterde ze. ‘Help papa nou toch!’ Ze keek om naar waar zojuist haar vader nog had gestaan, maar die was ineens een heel stuk verder weg. Het was alsof hij in een tunnel stond, omgeven door licht. Hij stond nu naast oma Zwaantje. Ze zwaaiden naar haar en gaven een kushand.

    ‘Papa, wat gebeurt er? Papa neem me mee, laat me niet alleen!’ Ellen strekte haar handen uit naar haar vader, maar die verdween langzaam in het licht. ‘Het is jouw tijd nog niet, Prinses. Het is jouw tijd nog niet. Geef mams een zoen,’ klonk zijn stem. In paniek draaide zij zich om en zag een afschuwelijk beeld. De ambulancebroeder schudde met zijn hoofd, pakte een laken en legde dit over haar vader die nog steeds in het verwrongen wrak lag.

    ***

    Ellen schoot overeind vlak voordat de wekkerradio aansprong en een top 40 liedje haar slaapkamer in slingerde. Kreunend liet zij zich weer in haar kussen vallen en sloeg haar handen voor haar gezicht. Weer die droom! Altijd weer die droom!

    Sinds het ongeluk, nu bijna negen maanden geleden, had ze deze droom al zo vaak gehad. En sinds de verhuizing was er geen nacht voorbij gegaan zonder deze beelden. Waarschijnlijk door alle spanning die dit met zich mee had gebracht. Afscheid van haar geboortedorp, van haar vrienden en van een heleboel vertrouwde meubels en andere spullen die onmogelijk in het nieuwe huis pasten. Wennen aan dat nieuwe huis en haar nieuwe kamer. Het zoeken naar een nieuwe school. En dan vandaag de eerste schooldag. Vandaag moest ze haar boeken halen en zou ze kennismaken met haar nieuwe klas en haar mentor.

    Haar maag kneep samen van de zenuwen. Ze kende nog niemand hier en moest helemaal opnieuw beginnen. Zuchtend sloeg ze haar dekbed open en stapte op de geschuurde, houten planken. Haar ogen gingen rond in haar troosteloze, kale kamer. Haar spullen zaten nog grotendeels in de verhuisdozen die tegen een muur gestapeld stonden. Ze had samen met haar moeder een poging gewaagd om de nieuwe Ikea-kast in elkaar te zetten, maar ze begrepen niets van de tekening. Nu moest ze wachten op oom Bas, die volgend weekend zou komen helpen.

    Ellen liep naar de wastafel, gooide een plens water in haar gezicht en probeerde haar bos rode krullen te temmen, maar trok het haar uiteindelijk geïrriteerd door een elastiekje. Niets mee te beginnen! Ze kneep wat camouflagecrème uit een tubetje en smeerde dat over het litteken op haar linkerslaap. Het was nog steeds rood en iets verdikt, maar de dokters hadden haar verzekerd dat het de komende maanden alleen nog maar beter werd en er uiteindelijk slechts een fijne, dunne lijn zichtbaar zou blijven.

    Over haar stoel lagen een spijkerbroek en een wit T-shirt die ze aantrok. Ze schoot snel in haar afgetrapte witte gympies en zette toen met grote weerstand haar bril op haar neus. Uitgerekend vorige week had ze een lens verloren en volgens haar moeder was er voorlopig geen geld om een nieuwe te bestellen. Ze had nog geprobeerd om met één lens door het leven te gaan, maar al snel zag ze scheel en kreeg ze vreselijke hoofdpijn. Gelaten had ze haar oude bril opgezocht. Er zat niets anders op. De komende weken, misschien zelfs wel maanden moest ze weer bebrild door het leven.

    Beneden was de tafel gedekt voor één persoon. Naast haar bord lag een briefje van haar moeder die een vroege dienst in het ziekenhuis draaide.

    Lieve Muis,

    Heel veel succes vandaag. Wedden dat het meevalt! Aan het einde van de dag heb jij een hele hoop nieuwe vrienden. Ik ben om ongeveer half vier thuis. Daarna gaan we winkelen voor kaftpapier en andere schoolspullen. Kunnen we ook meteen kijken voor een bureau.

    Dikke zoen,

    Mams

    Ellen las het briefje terwijl ze een boterham smeerde.

    Haar moeder had het echt geprobeerd, maar het ging niet. Na het ongeluk, waarbij ze haar man had verloren en dat haar dochter ternauwernood had overleefd, was het voor haar onmogelijk gebleken om in de gerenoveerde boerderij in het kleine dorp te blijven wonen. Alles herinnerde haar aan de gelukkige tijd die ze daar had gehad met haar man en haar dochter. Een tijd waar zo abrupt een einde aan was gekomen. Ze moest een nieuwe start maken. Proberen haar leven weer op te pakken en ze besloot terug te keren naar de Randstad, naar de omgeving waar ze zelf vandaan kwam. Ze had al snel werk gevonden als Eerste Hulp verpleegkundige in het plaatselijke ziekenhuis en was op zoek gegaan naar een woning. Met de overwaarde van de boerderij had ze dit huis kunnen kopen. Een eenvoudige eengezinswoning aan een klein pleintje in Blaricum.

    Het huis was er één in een rij van tien, die in een kleine ronding om het pleintje lag. Haar moeder had het gekozen omdat het op een hoek lag en de achtertuin grensde aan een park waar de hoge bomen ruisten in de wind. Er was één nadeel: Ellen was met haar 15 jaar veruit de jongste bewoner in het buurtje.

    Ze zette de ontbijtspullen op het aanrecht in de kleine open keuken en slofte naar de gang. Bij de grote foto van haar vader bleef ze even staan. ‘O, pap, ik mis je zo!’ fluisterde ze zachtjes terwijl haar vingers over het glas van de fotolijst streelden.

    ‘Kom op, Prinses. Niet zo somber!’ hoorde ze zijn stem in haar hoofd.

    Een glimlach gleed over haar gezicht. Lieve paps, als ze aan hem dacht hoorde ze altijd zijn stem. Het was net of hij bij haar was. En al wist ze dat dat niet zo was, het gaf haar een enorm warm gevoel. Ze rechtte haar rug, liep het halletje in en trok haar Eastpak onder de trap vandaan. Grinnikend keek ze naar de maffe buttons en teksten die haar vriendinnen er als afscheid op hadden gekalkt. Ze pakte de sleutels van het haakje, opende de voordeur en stapte het grindpaadje op.

    Het schuurtje stond tjokvol met verhuisdozen en andere troep. Ze trok haar fiets er tussenuit, sloot de schuurdeur en stapte op voor de eerste rit naar haar nieuwe school.

    Naarmate ze dichter bij de school kwam, werden de huizen groter, de oprijlanen langer en de hagen en hekken hoger. Ze keek haar ogen uit. Sommige huizen leken wel op kleine kastelen. Woonde daar maar één gezin? Haar halve dorp zou er in passen. Ze had de weg twee keer gefietst met haar moeder, maar toen had ze alleen de route in haar hoofd gestampt en niet op haar omgeving gelet.

    Ze sloeg de laan in waaraan haar school lag. Er stond een file van grote 4Wheel-Drives, SUV´s en cabrio´s. Ze fietste er langs en stuurde naar rechts, het schoolplein op van het Laurentius College, haar nieuwe school, en stapte af. Onwennig keek ze om zich heen. Overal stonden groepjes leerlingen met elkaar te kletsen. Nieuwkomers werden luidruchtig begroet.

    ‘Hé Roderick, ouwe pik. Wat hoor ik? Hoort je pa nu ook tot de Bentley-Boys? En hoe was het in Saint Tropez nog lekker gejetskied?’

    ‘Hé Christiaantje, ouwe gabber…’

    Ellen liep naar de fietsenstalling en zocht tussen de blinkende scooters en strakke sportfietsen een plekje voor haar oude opoefiets. Ze zette hem op slot en liep met het lood in haar schoenen over het plein naar de ingang. Met haar hoofd gebogen en haar blik strak op de tegels gericht zag ze niet dat ze recht op een groepje meiden afliep. Dat merkte ze pas toen ze er tegen één opliep.

    ‘Jézuuusss, je staat boven om m´n Manolo’s, bitch.’

    Geschrokken keek Ellen op en staarde in het perfect opgemaakte gezicht van een meisje met lang, steil, hoogblond haar, dat door een grote zonnebril naar achteren gehouden werd. Ze droeg een kort suède rokje met een bijpassend topje dat net haar navel bloot liet. Om haar rechterarm zaten meerdere rinkelende armbanden en over haar rechterschouder droeg ze een grote roze tas waar in enorme gouden letters CITYVOGUE.COM op stond en in een klein driehoekje: PRADA. Aan haar voeten zaten een paar goudkleurige slippers met drie bandjes in panterprint en een klein hakje.

    ‘Sorry, hoor,’ stamelde Ellen volkomen overrompeld door de vijandige houding van het meisje en het enorme kille en holle gevoel dat plotseling door haar lichaam trok en zich nestelde in haar borst. Alle geluiden vervormden en werden naar de achtergrond gedrongen door een zwaar zoemend geluid dat nu Ellens hele hoofd leek te vullen. Alles en iedereen leek zich plotseling in slowmotion te bewegen. Verward keek ze om zich heen. Het volgende moment greep ze naar haar hoofd toen de schelle stem van de blondine weer met volle kracht haar oren binnenkwam.

    ‘Sorry hoor, sorry hoor,’ bekte die haar na. ‘Weet je wel wat die schoenen kosten! En daar ga jij gewoon met je horkenvoeten opstaan. Waar kom jij trouwens vandaan?’ Minachtend bekeek ze Ellen van top tot teen. ‘Is het Bassie-en-Adriaan-circus hier neergestreken?’

    De andere meiden giechelden.

    Nog voordat Ellen iets terug kon zeggen draaide het meisje zich hooghartig om, gooide haar lange haar over haar schouder en heupwiegde naar de ingang. Het groepje volgde in haar kielzog. Ellen staarde haar volkomen perplex na. Wat een trut!

    Ze haalde een paar keer diep adem en voelde dat nare gevoel in haar borst verdwijnen. Net op het moment dat ze genoeg moed verzameld had om haar weg te vervolgen, viel haar oog op een paar vreemde vlekken op de tegels. Waar de blondine zojuist nog had gestaan, lag een donkere, natte plek en vanaf daar liepen kleine ronde vlekken in de richting van de ingang van de school. Het leken natte voetstappen. Ellen volgde het spoor met haar ogen. Een stuk verderop liep de blondine met haar gevolg over het schoolplein. Naast haar verschenen de kleine donkere vlekken op de tegels. Ellen schoof verbaasd haar bril voor haar ogen. De blondine duwde de glazen deuren open en stapte naar binnen. Het volgende moment waren de natte vlekken verdwenen, opgelost in het niets. Ellen knipperde verward met haar ogen, maar haalde toen haar schouders op. Met geheven hoofd liep ze verder, zo een tweede botsing vermijdend.

    In de hal keek ze op de monitor in welke klas ze moest zijn en zocht haar weg door het schoolgebouw. Voor lokaal M12 bleef ze staan en zuchtte nog een keer diep voordat ze naar binnen ging.

    ‘O nee’, kreunde ze inwendig. Op één van de tafeltjes zat de blondine omringd door nóg meer meisjes. Ze voerde het hoogste woord en haar aanhang hing aan haar lippen. Het liefst had Ellen rechtsomkeert gemaakt, maar dit was háár klas, daar viel niets aan te veranderen.

    Midden in haar zin viel de blondine stil en zette grote ogen op. Ze had Ellen opgemerkt. ‘Jézuuusss, zit die Bassie-en-Adriaan-Miep bij ons in de klas. De buurt gaat wel achteruit, zeg!’

    Ellen voelde een rode blos vanuit haar nek omhoog kruipen toen de groep meiden haar van top tot teen opnam. Ze probeerde de nieuwsgierige blikken te negeren en schuifelde naar een leeg tafeltje bij het raam.

    ‘Enniewee…’ ging de blondine luid verder toen Ellen op haar stoel zat, ‘…toen zei ik tegen pappie, Louis Vuitton is zó passeee, daar kan ik me echt niet meer mee vertonen op school. En zie hier het resultaat…’ ze hield haar felroze tas omhoog, ‘… de nieuwste Prada.’

    ‘Wow, geef mij zo’n vader,’ verzuchtte één van de meisjes terwijl ze verlekkerd naar de tas staarde.

    ‘O ja, girls, dan heb ik jullie het beste nog niet verteld!’ kirde de blondine nu met hoge stem. ‘We hebben nieuwe buren!’

    ‘Waar? Naast jullie of aan de overkant? Er stonden toch twee huizen te koop?’ vroeg een meisje.

    ‘Ja, ja, het is die naast ons. Maar daar gaat het helemaal niet om,’ siste de blondine geïrriteerd. ‘Het gaat om de zoon des huizes! Dat gelóóf je gewoon niet. Ik heb nog nooit zo’n stuk gezien! Ik ging er gewoon van kwijlen. Jézuuussss, die gozer is zo geil…’

    De klas was langzaam volgestroomd maar het tafeltje naast Ellen bleef leeg. Iedereen kende elkaar van vorig jaar en alle vrienden en vriendinnen zochten elkaar weer op. Niemand lette er op Ellen die uit het raam staarde, maar niet zag hoe de laatste leerlingen zich over het plein naar binnen haastten. Ze voelde de tranen in haar ogen prikken en deed haar uiterste best ze binnen te houden. Ze had zich nog nooit zo eenzaam gevoeld. Waar was ze in godsnaam terechtgekomen?

    De deur van de klas werd stevig dichtgetrokken. Ellen schrok op en keek naar de vrouw die met ferme pas naar het bord toeliep. Ze was nog jong, ergens eind twintig gokte Ellen, en zag er gebruind uit. Haar halflange, door de zon uitgebleekte haar, hing in pieken om haar gezicht. Ze droeg een kaki outdoor-broek met heel veel zakken, waarvan ze de pijpen had opgerold tot op haar kuit, een strak T-shirt met de tekst I HATE SHOPPING en een paar outdoor sandalen. Als sieraden had ze een brede zilveren ring om haar linker middelvinger en een groot duikershorloge om haar pols. Aan een leren veter om haar nek hing een gepolijst stuk bergkristal. Ze liet de map die ze bij zich droeg met een klap op haar bureau terechtkomen. Toen pas had de blondine door dat ze er was.

    ‘Jézuuusss, wat doet zíj hier?’ siste ze geschrokken. ‘Waar is Krul?’

    ‘Claire Lefèbre, zullen we de stoelen gebruiken om op te zitten en onze voeten op de vloer zetten in plaats van op de stoelen? Er is gedweild dus je hoeft niet bang te zijn dat je nieuwste muiltjes vies worden.’ De jonge vrouw voor de klas stond wijdbeens met haar handen in haar zij en haar wenkbrauwen opgetrokken naar de blondine te kijken.

    Ellen kon een glimlach niet onderdrukken. Stiekem keek ze achterom naar het groepje meiden. De blondine stapte van de tafel en ging met een beledigd gezicht op haar stoel zitten. ‘Bitch,’ fluisterde ze zachtjes, maar niet zacht genoeg. De vrouw voor de klas reageerde met: ‘Ik ben blij dat je Engels zo vooruit is gegaan deze zomer. Dat geeft me weer hoop.’

    Ellen genoot.

    ‘Goed,’ ging de vrouw verder, ‘klas 3Hd, jullie hadden natuurlijk meneer Krul verwacht, maar die heeft helaas een vervelende rugblessure opgelopen tijdens zijn vakantie en zal de komende tijd uitgeschakeld zijn. Ik neem dit jaar een aantal taken van hem over waardoor ik dus niet alleen jullie lerares Engels en wiskunde ben, maar tevens jullie mentrix.’

    ‘Shit!’ hoorde Ellen achter zich. De blondine was niet blij.

    ‘Ik zal mezelf eerst eens even voorstellen aan de nieuwkomers in deze klas,’ ging de vrouw onverstoorbaar verder. ‘Dat zijn er twee, namelijk Ellen van Dam en Nadir-’

    Er klonk een luide roffel op de deur voordat hij met een zwaai geopend werd door een jongen die zelfverzekerd naar binnen stapte.

    ‘Ooo, dat is ‘m,’ kirde de blondine, gevolgd door een zenuwachtig gegiechel.

    De jongen was zich volkomen onbewust van de reactie die hij teweeg bracht bij de meiden achterin de klas en liep met uitgestrekte hand op de lerares af. ‘Sorry mevrouw, ik was even de weg kwijt in het gebouw. Ik ben Nadir, Nadir Garzetti.’

    De lerares gaf hem een hand. ‘Welkom Nadir. Ik vertelde de klas net dat we twee nieuwe leerlingen hebben waaraan ik me nog moet voorstellen. Dat zal ik dan maar meteen doen. Ik ben Freddie Metz, jullie mentrix. Zoek een plaatsje dan kunnen we verder.’

    Nadir keek een keer de klas rond op zoek naar een vrije plek. Achterin waren nog twee tafeltjes vrij, vlak voor Claire Lefèbre die er op haar voordeligst bij ging zitten om zijn aandacht te trekken. Hij leek haar niet op te merken, schoof tussen een paar tafeltjes door en plofte op de lege stoel naast Ellen die daar ontzettend van schrok en opnieuw een warme blos omhoog voelde komen. Ze maakte zich zo klein mogelijk op haar stoel.

    Enjoying the preview?
    Page 1 of 1