Gijzeldrama en kaping

By Alles over historia

Er zijn enkele gijzeldrama's en kapingen die de wereld zich vandaag de dag nog herinnert. Bijvoorbeeld de ontvoering van de 16-jarige Paul Getty, die op een zomeravond in Rome in 1973 werd ontvoerd. De daders eisen een grote som losgeld en dreigen vervolgens de jongen in stukken te snijden en op te sturen. Al snel blijkt echter dat niet de ontvoerders de ergste vijanden van de jongen zijn, maar zijn steenrijke familie...Naast de zaak van Paul Getty beschrijft 'Gijzeldrama en kaping' verbazingwekkende gijzeldrama's en kapingen, zoals het gijzeldrama in Stockholm in 1973.-

• Language: Nederlands
• Publisher: SAGA Egmont
• Release date: Feb 8, 2021
• ISBN: 9788726752182

Book preview

Gijzeldrama en kaping

Original title: Gidseldrama og flykapring

Original language: Danish

Cover image: Forsidebillede: Keystone Press / Alamy Stock Photo og Michael Cookson / Alamy Stock Photo

Copyright © 2019, 2020 Alles over historia and SAGA Egmont

This work is republished as a historical document. It contains contemporary use of language.

ISBN: 9788726752182

1st ebook edition

Format: EPUB 3.0

No part of this publication may be reproduced, stored in a retrievial system, or transmitted, in any form or by any means without the prior written permission of the publisher, nor, be otherwise circulated in any form of binding or cover other than in which it is published and without a similar condition being imposed on the subsequent purchaser.

www.sagaegmont.com

Saga Egmont - a part of Egmont, www.egmont.com

1. GIJZELDRAMA IN RIJK VAN IDI AMIN

Het begin van een nachtmerrie. Een vliegtuig wordt gekaapt en de doodsbenauwde passagiers worden 4000 kilometer zuidwaarts gevoerd en door terroristen en dictator Idi Amin van Uganda in gijzeling gehouden

27 juni 1976, 12.30 uur, Athene

Na de tussenlanding in Athene gaat vlucht 139 van Air France naar Parijs.

De warmte ligt als een deken over Athene als vlucht 139 van Air France naar de startbaan gaat, opstijgt en op weg naar Parijs gaat. Aan boord lijkt alles normaal, maar van de 246 passagiers is een aantal er niet helemaal gerust op. Het vliegtuig is die ochtend vertrokken uit Tel Aviv en bij de vele Israëlische toeristen zit de angst voor een terreuraanslag er goed in. Aan boord bevindt zich Sarah Davidson met haar man Arieh en hun twee zonen Ron en Bennie. Ze gaan op vakantie naar de Verenigde Staten en toen Arieh de tickets bij Air France boekte had Sarah bezorgd gezegd: ‘Kunnen we geen ander vliegtuig nemen? We weten niet wie er aan boord komt bij de tussenlanding in Athene.’ Ze wist dat de luchthaven van Athene slecht beveiligd was, waardoor er al meerdere malen terreurdaden waren gepleegd.

Haar man wuifde haar bezwaren weg, maar boven de Middellandse Zee is Sarahs bange voorgevoel nog even sterk. De controle in Athene was niet erg streng geweest, zoals ze al vreesde, en enkele van de nieuwe passagiers zijn duidelijk Palestijnen. Sarah is in gedachten verzonken als een lange man voor in het vliegtuig opstaat en luid begint te roepen.

27 juni 1976, 12.40 uur, vlucht 139 boven de Middellandse Zee

Bewapend met handgranaten en pistolen nemen vier kapers de cockpit over.

Eerst denken sommige passagiers nog dat de roepende man een gek is, maar al snel springen twee mannen uit hun stoelen en sprinten naar de businessclass. Daar staan ze stil en zwaaien met een handgranaat en een pistool. Overal in het vliegtuig beginnen mensen te schreeuwen. Een van de zonen van Sarah pakt haar beet en jammert: ‘Mama, ik wil niet dood, ik wil niet dood!’ Zijn moeder probeert hem geschrokken gerust te stellen. In de cockpit hoort de bemanning geschreeuw. De rustige en ervaren piloot Michel Bacos denkt dat er misschien ergens in het vliegtuig brand is ontstaan, maar dan komt een blonde vent met pistool de cockpit in en roept staccato dat het vliegtuig is gekaapt en direct koers moet zetten naar Libië. Het grote vliegtuig buigt af naar links en dan horen de passagiers een nieuwe stem door de intercom: ‘Dit is gezagvoerder Basil al-Kubeisi van de Che Guevara Forces van het Palestijnse Bevrijdingsfront. Dit vliegtuig is gekaapt. Als u zich rustig houdt, zal u niets overkomen.’

De volgende minuten worden de passagiers rondgedirigeerd. Ze moeten hun zakken legen en vrouwen en kinderen worden apart gezet in de businessclass. Na een tijdje is het de passagiers duidelijk dat vier kapers de macht hebben overgenomen: twee Arabisch uitziende mannen en twee Duitsers, van wie er een een heel agressieve vrouw is die zich ‘Halima’ noemt. Ze loopt, met blonde pruik op en handgranaat in haar hand, door het middenpad op en neer. Na een tijdje komen ze aan in de Libische havenstad Benghazi, waar het vliegtuig de tank volgooit in het bijzijn van Libische militairen. Eén vrouw wordt vrijgelaten: ze zegt dat ze zwanger is en een miskraam voelt aankomen. Dan kondigt ‘kapitein Basil’ aan dat vlucht 139 opnieuw vertrekt – met onbekende bestemming.

27 juni 1976, 16.15 uur, Tel Aviv

De premier van Israël neemt de zaak hoog op en houdt crisisberaad met ministers.

De Israëlische regering houdt zijn wekelijkse beraad als premier Yitzchak Rabin uit de vergadering wordt geroepen. Als hij terugkomt, staat zijn gezicht bezorgd. Hij heft de zitting direct op en vraagt vier ministers te blijven. Het is niet voor het eerst dat de Israëlische regering wordt geconfronteerd met een kaping of een gijzeling. Sinds in 1968 het eerste Israëlische El Al-vliegtuig werd gekaapt, kreeg het land met 29 kapingen te maken. En daarnaast nog heel wat gijzelingen aan de grond, zoals twee jaar geleden toen terroristen een school in de Israëlische stad Ma’alot binnendrongen. Er vielen 27 doden, voornamelijk kinderen.

Met dergelijke acties in het achterhoofd bespreekt Yitzchak Rabin de situatie. Niemand weet nog wat de eisen van de kapers zijn, maar de minister-president herhaalt de standaardprocedure bij kapingen en gijzelingen: ‘Israël komt in principe niet tegemoet aan eisen van terroristen.’ Als de overheid één keer zwicht, ligt de weg open voor nog meer aanvallen.

28 juni 1976, 2.00 uur, boven de Sahara

In de kou vliegen de passagiers door de duisternis, met onbekende bestemming.

De nacht is aardedonker als het gekaapte vliegtuig over het Afrikaanse continent vliegt. In de cabine is het koud en de passagiers proberen zich toe te dekken met kleedjes, kussens of een krant. Sommigen slagen erin wat te slapen, maar de meesten lukt dat niet. Zij vrezen dat de piloot door de spanning niet veilig kan vliegen en dat geen enkele luchthaven toestemming zal geven voor een landing. Dan, om 3.15 uur, kraakt de intercom. Een van de kapers meldt dat ze zich nu boven Uganda bevinden: ‘Alles komt goed. Het lokale leger zal ons beschermen’, verklaart de stem, en een verrast gemompel verspreidt zich door de cabine. De landing verloopt vlekkeloos en wanneer het vliegtuig naar de terminal taxiet, lijkt de opluchting bij de kapers groot. Ze drukken hun gezichten tegen de ruiten en