Discover millions of ebooks, audiobooks, and so much more with a free trial

Only $11.99/month after trial. Cancel anytime.

Vader vertelt uit oude tijden
Vader vertelt uit oude tijden
Vader vertelt uit oude tijden
Ebook59 pages55 minutes

Vader vertelt uit oude tijden

Rating: 0 out of 5 stars

()

Read preview

About this ebook

Vader vertelt uit oude tijden (1851) is een verzameling kinderverhalen waarin Hawthorne een aantal Griekse mythen hervertelt. De verhalen in het boek zijn allemaal verhalen binnen een verhaal. Het overkoepelende verhaal is dat Eustace Bright, een student aan Williams College, de mythen aan een groep kinderen vertelt. Dit gebeurt in een plaats waar Hawthorne zelf enige tijd gewoond heeft. De mythen die Eustace vertelt zijn: het afhakken van Medusa's hoofd door Perseus; koning Midas en zijn gave om alles dat hij aanraakt in goud te veranderen; Pandora die het vat opent waarin alle rampen, ziekten en zorgen van de mens opgesloten zitten; Heracles die met de hulp van Atlas gouden appels plukt in de tuin van de Hesperiden; de gastvrijheid van Philemon en Baucis jegens Zeus en Hermes; en Bellerophon die Pegasus temt en de chimaera doodt. -
LanguageNederlands
PublisherSAGA Egmont
Release dateDec 21, 2018
ISBN9788726132540
Vader vertelt uit oude tijden
Author

Nathaniel Hawthorne

Born in 1804, Nathaniel Hawthorne is known for his historical tales and novels about American colonial society. After publishing The Scarlet Letter in 1850, its status as an instant bestseller allowed him to earn a living as a novelist. Full of dark romanticism, psychological complexity, symbolism, and cautionary tales, his work is still popular today. He has earned a place in history as one of the most distinguished American writers of the nineteenth century.

Related to Vader vertelt uit oude tijden

Titles in the series (100)

View More

Related ebooks

Related articles

Reviews for Vader vertelt uit oude tijden

Rating: 0 out of 5 stars
0 ratings

0 ratings0 reviews

What did you think?

Tap to rate

Review must be at least 10 words

    Book preview

    Vader vertelt uit oude tijden - Nathaniel Hawthorne

    Lang, lang geleden, toen deze oude wereld nog in de kinderjaren was, leefde er een jongen, Epimetheus heette hij, die vader noch moeder bezat; en om te voorkomen dat hij zich eenzaam zou gevoelen, zond men uit een verafgelegen land een ander ouderloos kind naar hem toe om bij hem te wonen en zijn speelkameraadje te zijn. Haar naam was Pandora.

    Het eerste wat Pandora’s aandacht trok, toen ze het huisje waarin Epimetheus woonde, binnentrad, was een groote houten doos, en bijna de eerste vraag die ze tot hem richtte, luidde:

    „Epimetheus, wat zit er in die doos?"

    „Dat is een geheim, antwoordde Epimetheus, „en je moet daar liever niet verder naar vragen. Die doos is hier neergezet om hem veilig te bewaren, maar wat er in zit weet ik zelf niet.

    „Maar wie heeft dat ding dan hier gebracht en waar is het vandaan gekomen?"

    „Dat is ook een geheim," zei Epimetheus.

    „Wat onuitstaanbaar! riep Pandora, een pruilend mondje trekkende. „Ik wou, dat die leelijke kist hier niet in den weg stond.

    „Kom, denk er maar niet meer over! riep Epimetheus lachend. „Laat ons liever buiten gaan spelen met de andere kinderen.

    Het is duizenden jaren geleden dat Epimetheus en Pandora leefden en de wereld ziet er nu heel, heel anders uit dan in hun tijd. Toen was iedereen een kind en waren er ook geen vaders en moeders noodig om op de kinderen te passen; want er bestonden nog heelemaal geen zorgen en narigheden en er was overvloed van eten en drinken voor iedereen. Wanneer een kind honger had, vond het wel iets lekkers aan een boom; als het ’s morgens naar dien boom keek, zaten er de bloesems aan van de vruchten, die het ’s avonds voor het naar bed gaan zou eten, en ’s avonds zag het de teere knopjes van wat den volgenden dag zijn ontbijt zou zijn. ’t Was een heerlijk, zorgeloos leventje, dat die kinderen sleten! Geen handenarbeid te verrichten, geen lessen te leeren — niets dan spel en dans en opgewektheid. Van vroeg tot laat hoorde men vroolijke, vriendelijke stemmetjes en hartelijk gelach.

    En wat nog het verwonderlijkst van alles mag genoemd worden, was, dat de kinderen nooit met elkaar kibbelden, of huilbuien hadden of uit hun humeur raakten en in een hoek gingen staan pruilen. Ja, ’t was een heerlijke tijd, bij den onze vergeleken. Maar dat kwam doordat die leelijke kwelduiveltjes, Zorgen genaamd, die nu bijna zoo talrijk zijn als muskieten, nog niet op de aarde verschenen waren. Pandora’s ergernis, dat ze het raadsel van de geheimzinnige doos niet mocht ontdekken, was waarschijnlijk wel het grootste verdriet, tot dien dag ooit door een kind ondervonden.

    In ’t eerst leek het nog maar een klein verdrietelijkheidje, maar door er steeds aan te denken, groeide het met den dag, en al heel gauw was het huisje van Epimetheus en Pandora veel minder vriendelijk en zonnig dan dat van de andere kinderen.

    „Waar zou die doos toch vandaan zijn gekomen, en wat zou er toch wel in kunnen zitten?" vroeg Pandora maar telkens en telkens weer.

    „Hè, wat zanik je toch altijd over die doos! riep Epimetheus ten slotte ongeduldig uit. „Ik wou, dat je nu eindelijk eens over iets anders ging praten! Toe, ga mee om vijgen te plukken, dan eten we ze lekker onder den boom op voor ons avondmaaltje. En ik weet een wingerd, waaraan heerlijke dikke druiven hangen; dikker en zoeter dan je ze nog ooit geproefd hebt.

    „Och — jij denkt alleen maar aan vijgen en druiven," antwoordde Pandora gemelijk.

    „Nou goed, stelde Epimetheus voor, die, zooals haast alle kinderen in die dagen, niet, gauw boos werd, „laat ons dan in ieder geval naar buiten gaan en met de anderen gaan spelen.

    „Ik geef geen zier meer om jullie spelletjes; ze vervelen me al lang," antwoordde Pandora, nog steeds even knorrig. „Wat we ook doen, ik moet maar altijd aan die hatelijke doos hier binnen denken en ik wil dat je me vertelt wat er in zit!" riep ze stampvoetend.

    „Hoe kan ik dat nou? antwoordde Epimetheus, eindelijk ook wat geërgerd. „Ik heb je immers wel vijftig maal gezegd, dat ik het niet wéét. Hoe kan ik je dan vertellen wat er in zit?

    „Je zou hem toch kunnen openmaken, stelde Pandora voor, uit haar ooghoeken naar Epimetheus glurende. „Dan wisten we ’t allebei.

    „Hoe kom je er bij, Pandora?" riep Epimetheus verontwaardigd. En zijn gezicht drukte zooveel afkeer uit, bij de gedachte, in een doos te kijken die hem was toevertrouwd, op voorwaarde haar niet te openen, dat Pandora begreep er voor ’t oogenblik liever over te

    Enjoying the preview?
    Page 1 of 1