Discover millions of ebooks, audiobooks, and so much more with a free trial

Only $11.99/month after trial. Cancel anytime.

Het Raadsel
Het Raadsel
Het Raadsel
Ebook415 pages5 hours

Het Raadsel

Rating: 0 out of 5 stars

()

Read preview

About this ebook

Op haar zestiende wist FBI-agent Nina Guerrera te ontsnappen aan een seriemoordenaar. Jaren later verspreidt een video van het incident zich razendsnel op het internet. Door het filmpje krijgt ze niet alleen talloze nieuwe bewonderaars voor haar gevechtskunsten, maar ook blijkt de man die Nina elf jaar geleden probeerde te ontvoeren haar nog nauwlettend in de gaten te houden. Vastberaden om zijn verloren prijs terug te krijgen, pleegt hij een gruwelijke moord om haar in het onderzoek te betrekken, maar zijn ziekelijke spel is nog maar net begonnen. En hij maakt gebruik van het internet om het publiek uit te nodigen om mee te spelen...Netflix heeft de filmrechten gekocht en superster Jennifer Lopez heeft getekend voor de hoofdrol en zal ook de regie voor haar rekening nemen.'Het Raadsel' is een bloedstollende achtbaanrit vol spanning en intrige. Fans van misdaadromans en thrillers, van James Patterson, Robert Dugoni en Sue Grafton, zullen meegevoerd worden door dit meesterlijke verhaal over bedrog, verraad en gerechtigheid.Over 'Het Raadsel':'Het raadsel is een hartverscheurende roman vanaf pagina één. Het voldoet aan alle eisen voor een eersteklas thriller: een scherp plot, grote inzetten en personages - goed en slecht en overal daartussenin - die zo rijkelijk getekend zijn dat je zou zweren ze ooit een keer te hebben ontmoet. Ik heb dit boek in één keer uitgelezen en ik garandeer je dat jij dat ook zult doen. Oh, nog een belofte: je zult absoluut dol zijn op de Warrior Girl!— Jeffery Deaver, bestsellerauteur van de New York Times'Intens, schrijnend en direct verslavend, 'Het Raadsel' was adembenemend. Isabella Maldonado heeft een onvergetelijke heldin gecreëerd met haar personage Nina Guerrera, de toegewijde FBI-agent en trauma-overlever met haar unieke inzicht in de geest van een roofdier. Dit meeslepende verhaal is alles wat een thriller zou moeten zijn.' — Hilary Davidson, bestsellerauteur van de Washington PostNina Guerrera ontsnapt op zestienjarige leeftijd aan de klauwen van een beruchte seriemoordenaar. Jaren later wordt ze opnieuw geconfronteerd met haar duistere verleden wanneer een video van een aanval op haar viraal gaat. Dan ontdekt ze dat de man die haar ontvoerde nog steeds op de loer ligt. In de daaropvolgende boeken volgen we Nina Guerrera terwijl ze samenwerkt met Dr. Jeffrey Wade, een briljante FBI-profiler die zijn eigen demonen uit het verleden met zich meedraagt. Samen vormen ze een krachtig team dat jaagt op meedogenloze criminelen, terwijl ze worstelen met hun eigen persoonlijke en professionele uitdagingen.
LanguageNederlands
PublisherSAGA Egmont
Release dateSep 4, 2023
ISBN9788728566268

Related to Het Raadsel

Related ebooks

Related categories

Reviews for Het Raadsel

Rating: 0 out of 5 stars
0 ratings

0 ratings0 reviews

What did you think?

Tap to rate

Review must be at least 10 words

    Book preview

    Het Raadsel - Isabella Maldonado

    Het Raadsel

    Original title: The Cipher

    Original language: English

    Deze editie is mede mogelijk gemaakt door een licentieovereenkomst met Amazon Publishing, www.apub.com.

    Copyright ©2020, 2023 Isabella Maldonado and SAGA Egmont

    All rights reserved

    ISBN: 9788728566268

    1st ebook edition

    Format: EPUB 3.0

    No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means without the prior written permission of the publisher, nor, be otherwise circulated in any form of binding or cover other than in which it is published and without a similar condition being imposed on the subsequent purchaser.

    www.sagaegmont.com

    Saga is a subsidiary of Egmont. Egmont is Denmark’s largest media company and fully owned by the Egmont Foundation, which donates almost 13,4 million euros annually to children in difficult circumstances.

    Voor Mike

    De andere helft van mijn hart

    Ik houd van je

    Hoofdstuk 1

    Tien jaar geleden

    Rechtbank voor jeugd- en gezinszaken, Fairfax, Virginia

    Nina Esperanza keek de man aan die haar lot in handen had. Rechter Albert McIntyre las de documenten die hij gekregen had nog eens door. Ze dwong zichzelf om haar voet te laten ophouden met wiebelen onder de lange eiken tafel en trok een gezicht waarvan ze hoopte dat het er beleefd uitzag. Het dossier lag er, de getuigen waren klaar – alleen het oordeel moest nog uitgesproken worden.

    De rechter hield op met lezen en keek haar aan om haar in te schatten voordat hij iets zei. ‘Ik ben bereid om gehoor te geven aan je verzoek aan het hof, maar voor ik dat doe, wil ik zeker weten dat de consequenties van die beslissing je duidelijk zijn. De uitspraak kan niet meer teruggedraaid worden. Je zult de volle verantwoordelijkheid bezitten voor al je daden of contracten die je aangaat vanaf nu.’

    Nina’s ad litem vertegenwoordiger, Cal Withers, stak zijn vinger achter de boord van zijn overhemd. ‘Ze accepteert uw voorwaarden, edelachtbare.’

    Withers was de advocaat die door het hof was benoemd om Nina’s belangen te behartigen. Op haar zeventiende kon ze niet zelf een verzoek aan het hof doen. Zijn grijze haar, diepe rimpels en rustige effectiviteit toonden zijn ervaring. Zijn afgetobde gezichtsuitdrukking getuigde van alle jaren dat hij geworsteld had met het onvoorspelbare jeugdrechtsysteem, dat zowel recht als onrecht kon doen, afhankelijk van de omstandigheden.

    De rechter wierp een blik op Withers voordat hij zijn volgende woorden richtte tot het meisje, hij stond op het punt haar leven definitief te gaan veranderen. ‘Ik begrijp waarom je een beroep op het hof doet om meerderjarig verklaard te worden. Vooral gezien je huidige situatie.’

    De weinige mensen die bij de besloten zitting mochten zijn, schoven ongemakkelijk op hun stoel heen en weer, maar Nina vertikte het om ineen te krimpen. Na wat er gebeurd was, had ze zichzelf beloofd om nooit meer terug te keren in het systeem. Als de rechter niet in haar voordeel zou beslissen, zou ze weer weglopen. En dit keer zou niemand haar kunnen vinden tot na haar achttiende verjaardag.

    ‘Je hebt laten zien dat je jezelf kunt onderhouden,’ zei rechter McIntyre. ‘Maar wat voor plannen heb je verder? Heb je een doel in de toekomst?’

    Withers nam het woord voordat zij kon antwoorden. ‘Edelachtbare, in uw dossier staat bewijs dat ze al vroeg aangenomen is op de George Mason Universiteit. Ze heeft ook een beurs en een studietoelage daarvoor. Ze heeft een parttimebaan en kan op de campus wonen, waar ze...’

    De rechter stak zijn hand met ouderdomsvlekken op. ‘Ik zou de jongedame graag zelf willen horen.’

    Withers had geprobeerd ertussen te komen om haar dit moment te besparen. Haar maatschappelijk werker en hij hadden haar raad gegeven voor de zitting. Als de rechter naar haar toekomstplannen vroeg, hadden ze haar geadviseerd, dan moest ze een roerend verhaal ophangen over dat ze met kinderen wilde werken, in de kinderopvang bijvoorbeeld, of dat ze bij het Peace Corps wilde gaan. Technisch gezien was dat geen leugen. Ze had die mogelijkheden inderdaad overwogen. Een fractie van een seconde. Daarna had ze bedacht wat ze met de rest van haar leven wilde doen. Maar zou de rechter haar keus accepteren?

    Onder tafel raakte Withers haar voet aan met de zijne. Ze wist wat hij wilde zeggen. Maar ja, ze had nog nooit iets gedaan omdat iemand anders gezegd had dat dat moest. Daarom was ze waarschijnlijk van het ene kindertehuis naar het andere gestuurd.

    Toen nam ze een beslissing. Ze rechtte haar schouders en besloot de waarheid te vertellen. ‘Ik wil graag criminologie en rechten studeren op die universiteit. Nadat ik afgestudeerd ben, ga ik bij de politie, klim ik op tot rechercheur en besteed ik de rest van mijn leven aan het achter de tralies krijgen van monsters die het op kinderen voorzien hebben.’

    Withers wreef met zijn hand over zijn gezicht. De maatschappelijk werkster schudde haar hoofd.

    Nina negeerde hun reacties en richtte haar aandacht op de rechter. ‘Is dat ver genoeg in de toekomst, mijnheer?’

    Rechter McIntyre kneep zijn ogen tot spleetjes. ‘Wil je wel begeleiding blijven krijgen?’

    ‘Ja, mijnheer.’

    ‘De omstandigheden hebben ervoor gezorgd dat je vanaf zeer jonge leeftijd zelfstandig was, Ms. Esperanza,’ zei rechter McIntyre. ‘Maar je moet ook toelaten dat anderen je helpen wanneer dat nodig is. Denk daaraan.’

    Het werd stil in de rechtszaal. Alle ogen waren gericht op de rechter. Men wachtte.

    Haar al kwetsbare zenuwen waren tot het uiterste gespannen. Had ze er daarnet voor gezorgd dat hij eraan ging twijfelen of ze wel kon omgaan met wat er met haar gebeurd was? Haar adem stokte.

    Na een eeuwigheid verbrak zijn diepe stem de stilte. ‘Ik zal het verzoek honoreren.’

    Ze ademde uit met een lange zucht.

    ‘En dan nog die andere kwestie.’ De lach bestierf op haar lippen toen de rechter op sombere toon verder ging. ‘Het verzoek om naamsverandering.’

    Hij hield een document van de notaris op. ‘Je verzoekt om je naam te veranderen van Nina Esperanza in Nina Guerrera. In het dossier staat dat je je naam graag wilt veranderen, in plaats van verder te leven met hoe je genoemd bent. Je zou dat kunnen doen als je achttien bent, dus vanwaar de haast?’

    Withers vond zijn stem terug. ‘Eerwaarde, mijn cliënt heeft deze naam gekregen van haar eerste maatschappelijk werker toen het duidelijk werd dat adoptie’ – hij wierp haar een verontschuldigende blik toe – ‘onwaarschijnlijk werd.’

    Haar blik ging naar haar samengeknepen handen. Als klein meisje was ze nooit zo eentje geweest met dansende blonde krullen en helderblauwe ogen. Ze had geen porseleinblanke huid of blozende wangen. De maatschappelijk werkers hadden haar nooit lief of verlegen genoemd. In plaats daarvan ving ze flarden van hun gesprekken op die doorspekt waren met termen als eigenwijs en koppig. Misschien had ze dat destijds nog niet helemaal begrepen, maar ze wist dat die termen – gecombineerd met haar donkere haar, bruine ogen en lichtbruine huid – haar onderscheidden van de andere meisjes. De meisjes die geadopteerd werden.

    Withers vulde haastig de stilte die gevallen was. ‘Ze had hier niets over te zeggen en denkt dat, nu ze niet meer onder de kinderbescherming van de staat Virginia valt, dit het juiste moment is om een naam te kiezen die haar nieuwe koers weerspiegelt.’

    De rechter trok een borstelige wenkbrauw op. ‘Je nieuwe koers?’

    Ze deed haar hoofd omhoog om zijn blik te vangen. ‘Spreekt u Spaans, mijnheer?’

    ‘Nee.’

    Ze haalde diep adem. Totale openheid was haar beste optie. ‘Ik heb mijn eerste maatschappelijk werker achterhaald, van toen ik in het systeem kwam, zeventien jaar geleden.’

    De uitdrukking op het gezicht van de rechter werd somberder. ‘Ik ken de omstandigheden.’

    Omstandigheden. Een afstandelijke, klinische term om haar gevoelens te sparen. De rechter dacht misschien dat hij vriendelijk was, maar hij kon dit niet maskeren.

    Ze was in een vuilcontainer achtergelaten toen ze een maand oud was.

    Nina slikte de brok in haar keel weg en ging verder. ‘Ze heet Myra Gonzales. Ze vertelde me dat ik oorspronkelijk Baby Jane Doe genoemd was. Ze wilde dat ik een etnisch correcte naam kreeg, dus noemde ze me Nina, de Engelse versie van niña, dat meisje betekent in het Spaans. Ze hoopte ook dat ik een van de kinderen zou zijn met wie het goed afliep. Dat ik geadopteerd zou worden door een liefhebbend gezin, dus noemde ze me Esperanza, wat hoop betekent.’ De brok in haar keel werd groter, waardoor haar laatste woorden er gespannen uit kwamen. ‘Die goede afloop is mij niet gegund geweest.’

    ‘Nee,’ zei rechter McIntyre. ‘Dat is niet gebeurd.’

    Hij probeerde haar niet te bevoogden, wat ze op prijs stelde.

    ‘Maar waarom Guerrera?’ wilde hij weten.

    ‘In het Spaans is guerrero strijder of vechter en guerrera – met een a aan het eind – is de vorm voor een vrouw.’

    De rechter nam even de tijd om deze woorden te verwerken, totdat er begrip in zijn ogen verscheen. ‘Strijdster.’

    Ze knikte dat dat klopte. ‘Ik heb de hoop opgegeven,’ zei ze zachtjes en hief haar kin. ‘Vanaf nu ga ik vechten.’

    Hoofdstuk 2

    Nu

    Lake Accotink Park, Springfield, Virginia

    Ryan Schaeffer bedwong zijn opwinding. Hij moest zijn hoofd bij het spel houden. Er was zoveel voorbereiding nodig geweest voor dit moment. De late middagzon scheen door het dikke bladerdek en vormde stippels op het pad voor hardlopers eronder. Er waaide een warme herfstwind door de heg, de vage geur van azalea’s verlichtte tijdelijk de doordringende zweetlucht die om zijn beste vriend hing.

    Zippo stak zijn hoofd boven de bosjes uit om te kijken naar de jogger. ‘Ze komt eraan.’ Hij hield de verrekijker voor zijn ogen en richtte ze op het kronkelende pad bij de kust van Lake Accoink. ‘Ik zie dat felblauwe topje dat ze aanheeft.’

    ‘Laat mij eens kijken.’ Ryan greep de verrekijker uit Zippo’s hand en uitte een serie krachttermen. ‘O, ja.’ Zijn pols ging sneller kloppen toen hij hem naar een scherper beeld draaide. ‘Die is geil.’

    Het kortgeknipte haar van de hardloopster was nat van het zweet en sexy, evenals het lycra dat strak om haar gespierde lijf zat. Hij bestudeerde het regelmatige ritme van voetstappen die haar dichter bij zijn schuilplaats brachten. Hij kreeg het heet.

    ‘En ze is klein,’ zei Zippo. ‘Die weegt niet meer dan een kilo of zestig. Hoeveel weerstand kan die nou bieden?’ Hij porde Ryan in zijn ribben met een benige elleboog. ‘Dat wordt een eitje voor jou, man.’

    Als bovenbouwleerling van East Springfield High, was Ryan al groter dan zijn vader. Vier jaar in het rugbyteam had hem geleerd hoe je iemand die rent moet aanvallen. Zippo had gelijk – hij zou haar aankunnen zonder maar ook een druppeltje te zweten.

    Ze waren elke dag naar het park geweest, na de rugbytraining, op jacht. Vandaag hadden ze eindelijk de perfecte… wat had Zippo haar genoemd? Prooi.

    Hij keek naar Zippo. ‘Je laat me toch niet zitten?’ Zippo greep naar zijn kruis. ‘Man, ik sta op scherp.’

    Ryan knikte. ‘Ga je het opnemen?’

    Zippo hield de prepaidtelefoon omhoog die hij de week ervoor gekocht had. ‘Ik ben paraat.’

    Ryan zou als eerste gaan, terwijl Zippo het geheel als livestream opnam. Hij had gezworen dat de politie niets naar hen zou kunnen herleiden. Ryan had voor allebei een bivakmuts gekocht, zodat ze elkaar konden aflossen als hij klaar was met haar.

    Ryan stak zijn duim op. Dit zou episch worden. Hij keek terug van zijn verrekijker. ‘Ze is over zestig seconden hier. Zorg dat je op je plek staat.’

    Ze trokken de gebreide mutsen over hun hoofd. Zippo hurkte en stak zijn telefoon door een gat in de heg.

    Ryan hurkte met één hand op de grond bij het dichtste deel van de bosjes. Ze zou hem pas zien als het te laat was. Hij keek hoe ze dichterbij kwam. Ze hadden een plek uitgekozen bij het eind van de hardlooproute, omdat ze bedacht hadden dat ze moe zou zijn van dat hele eind rennen, maar dat deed er niet toe. Ze was klein. Van dichtbij zagen haar bruine ogen er groot uit in haar smalle gezicht. Hij zou ervoor zorgen dat die ogen nog groter werden. Met een lijf dat strak stond van de voorpret concentreerde hij zich en wachtte.

    Op het moment dat ze langs hem kwam, sprong hij met zijn volle gewicht op haar, met zijn schouder in haar rug.

    Ze viel languit en kwam neer met haar gezicht in het gras naast het pad. Hij had haar de adem benomen, maar nam aan dat ze zich snel genoeg zou herstellen om te gaan schreeuwen.

    Dat mocht niet gebeuren.

    Ze rolde om toen hij zijn lichaam weer naar voren duwde en zich met al zijn kracht boven op haar gooide om haar te vermorzelen. Hij hoorde de lucht met een grom uit haar longen ontsnappen en wist dat hij zo nog een paar tellen stilte had gewonnen.

    Voordat hij er erg in had, begon ze te vechten. Eén van haar handpalmen schoot omhoog en raakte zijn neus. Hij brulde en sloeg haar hand weg. Terwijl hij haar handen probeerde te grijpen, schopte ze met haar knie in zijn kruis. Zijn tanden op elkaar bijtend, kon hij voorkomen dat hij van haar af rolde en dubbelklapte.

    De werkelijkheid begon te dagen. Als hij niet snel de overhand kreeg, zou deze krankzinnige meid hem verslaan. Terwijl hij haar benen met zijn dijen vastklemde, reikte hij naar haar polsen. Die waren zo smal, dat hij gemakkelijk beide met één hand kon omvatten. Hij greep er een en tastte naar de andere, toen hij een felle pijn voelde in het zachte vlees aan de achterkant van zijn kaak, net onder zijn oorlel.

    Hij deed zijn hoofd achterover, kwam ietsje van haar af en zag een glimp van iets zwarts in haar hand. Had ze hem gestoken? Hij bloedde niet. Nog steeds met een van haar polsen in zijn hand haalde hij net met zijn andere arm uit om haar in het gezicht te stompen, toen de pijn weer terugkwam en elke zenuw boven zijn schouders deed branden. Ze bleef dat zwarte ding maar tegen hem aan duwen.

    Zijn gedachten stonden stil toen de verschrikkelijkste pijn die hij ooit gevoeld had voorbij was. Het was een overweldigende, verwoestende, verlammende sensatie.

    Waar was Zippo? Het kleine stukje van zijn hersens dat het nog deed, begreep dat hij hulp nodig had om het te kunnen winnen van deze vrouw die half zo groot was als hijzelf. Waar was hij aan begonnen? Toen hij even naar links keek, zag hij de achterkant van Zippo’s grijze T-shirt achter hem aan flapperen terwijl hij wegrende. Hij zou die kleine wezel vermoorden als hij de kans kreeg. Het gebonk van zijn zenuwen werd wat minder en hij merkte dat de vrouw onder hem iets zei.

    Haar enorme bruine ogen waren tot spleetjes vernauwd. ‘Hoe heet je?’

    De intense pijn had zijn gedachten tot het meest primitieve niveau verlaagd. Zijn synapsen reageerden alleen nog maar op één onderwerp, dat al het andere verdrong. ‘Je doet me pijn.’

    ‘Echt?’ Ze duwde nog harder met het zwarte ding, waardoor zijn blik vervormde. ‘Dat is me toch wat. Ik heb een suggestie voor je: val geen vrouwen in het park aan.’

    Hij kon alleen maar een zwak protest mompelen. ‘Ik wou niet… het was maar een grap. Bedoelde het niet rot.’

    ‘Wacht daar maar mee.’ Haar lip krulde op. ‘Je bent gearresteerd.’

    Alles stortte in elkaar toen haar woorden zijn eens zo veelbelovende toekomst de duisternis in stuurden. Minder dan vijf minuten geleden zou hij naar de universiteit gaan met een volledige rugbybeurs. Nu zou hij basketballen op de luchtplaats van de gevangenis.

    Zijn tranende ogen ontmoetten haar vaste blik. ‘A-agent?’

    ‘Speciaal agent Nina Guerrera.’ Haar stem daalde tot een zacht gefluister. ‘FBI.’

    Hoofdstuk 3

    De volgende dag

    FBI Washington D.C., hoofdbureau FBI

    Nina zat op het puntje van een harde vinyl stoel in de wachtruimte voor het bureau van leidinggevend speciaal agent Tom Ingersoll. Die had zich al een half uur lang opgesloten met hoofd speciale agenten Alex Conner, haar directe baas.

    Conner had een boodschap achtergelaten bij de receptie, waarin hij haar naar zijn bureau verwees zodra ze die ochtend op haar werk aankwam. In de twee jaar dat ze op het bureau in Washington werkte, haar eerste baan sinds ze bij de FBI zat, was ze nog nooit bij Ingersoll geroepen. In de overtuiging dat dit iets te maken had met het rondje in het park dat ze gisteren buiten diensttijd had gelopen, speelde ze de gebeurtenissen voor de honderdste keer af in haar hoofd, maar ze kon niet ontdekken wat ze verkeerd gedaan had – als dat al zo was.

    Ze voelde voorzichtig aan haar zij en huiverde. Had die sukkel een van haar ribben gebroken toen hij op haar terechtkwam? Elke spier deed zeer doordat hij zich met zijn gewicht op haar kleine lijf gestort was. De plaatselijke politie had een ambulance gebeld, maar ze had de verplegers afgehouden, die vervolgens onderzocht hadden of haar aanvaller geen blijvend letsel had opgelopen. Ze had niet naar het ziekenhuis gewild en had de rest van de avond doorgebracht met het afleggen van haar verklaring aan haar vroegere collega’s van de regionale politie van Fairfax County. En nu vroeg ze zich af of het niet slimmer was geweest als ze toch een röntgenfoto had laten nemen op de spoedeisende hulp.

    Conner opende de deur en onderbrak haar gemijmer. ‘We kunnen je nu spreken.’

    Ze stond op, ging het kantoor in en trok een gezicht vol zelfvertrouwen. Eenmaal binnen groette ze Ingersol met een kort hoofdknikje voor ze zich in een van de twee stoelen voor het bureau liet zakken.

    ‘Ik maakte me zorgen over wat er gisteren in het park gebeurd is,’ begon Ingersoll. ‘Blij om te zien dat je in orde bent.’

    ‘Bedankt, het gaat goed met me, mijnheer.’

    Conner ging naast haar zitten. ‘Volgens het politierapport heb je een tactische pen gebruikt tegen je aanvaller.’

    Agenten mochten in hun vrije tijd wapens dragen en het werd gestimuleerd om dat te doen, maar als je ging hardlopen was dat lastig. Ze kon niet door het park rennen met een pistool zonder dat iemand de politie zou bellen, en je kon het nergens kwijt in je lycra hardloopkleding. Omdat er niet veel keus was, was iets kleins dat ze in haar hand kon houden de beste optie.

    Ze pakte de pen uit de binnenzak van haar jasje en hield hem omhoog. ‘Ik heb altijd iets bij me ter zelfverdediging als ik ga hardlopen.’

    Conner pakte het ding dat ze voorhield en draaide aan de cilinder, zodat de punt om mee te schrijven verder naar buiten kwam. ‘Ik ben het met je eens dat een… persoon alleen in een dichtbegroeid park, redelijke voorzorgsmaatregelen moet nemen.’

    Ze wist zeker dat Conner bijna een vrouw alleen had gezegd, maar zich nog net kon inhouden voordat zijn leren veterschoen maat 11 in zijn mond belandde.

    Ingersoll pakte de pen van Conners uitgestrekte hand om hem te bekijken. ‘Deze horen niet bij de standaard uitrusting.’

    ‘Die gebruikte ik toen ik wijkagent was voordat ik bij de FBI kwam. Ik heb de hardmetalen punt aan de achterkant eens moeten gebruiken om het raampje van een brandende auto te breken. Zo heb ik de bestuurder er op tijd uit kunnen halen.’ Ze haalde haar schouders op. ‘Handig dingetje.’

    De zwarte aluminium buitenkant, iets dikker dan een normale balpen, leek heel onschuldig. In getrainde handen kon het ding echter enorm gevaarlijk zijn.

    ‘Volgens het politierapport heb je de onderkaak-techniek gebruikt,’ zei Ingersoll en gaf hem terug aan haar.

    Deze techniek leidde tot medewerking zonder onnodig geweld. Ze had de top van de pen tegen een bepaald punt in de kaaklijn gedrukt, bij de onderkant van het oor, wat een ondraaglijke pijn veroorzaakte die als een elektrische stroom langs zijn nervus alveolaris, de zenuw bij zijn verstandskies, liep. Hierna gaf ze hem alleen korte en eenvoudige opdrachten. Zijn hersens, overprikkeld door stimuli van de pijnreceptoren, waren niet in staat om ingewikkelde instructies uit te voeren. Zodra hij meewerkte, had ze een houdgreep toegepast om hem vast te houden terwijl een voorbijganger de politie belde. Haar mobieltje was vermorzeld tijdens de aanval.

    Ingersoll pakte een map van zijn bureau, wat hielp om van onderwerp te veranderen. ‘Dit is een kopie van het rapport over het incident van de politie uit Fairfax.’ Hij deed de map open. ‘Heb je dit verhaal op het nieuws gevolgd, of online?’

    Ze keek van Ingersoll naar Conner en weer terug. ‘Mijn mobiele telefoon was vernield en ik heb vanochtend geen tv gekeken. Wat is er aan de hand?’

    Ingersoll keek naar de papieren in zijn hand. ‘Ryan Schaeffer werkte niet alleen toen hij jou aanviel.’

    ‘De plaatselijke politie vertelde dat hij een handlanger had,’ zei ze. ‘Die hadden ze opgespoord nadat Schaeffer hem verklikt had.’

    Ingersoll bladerde naar een andere bladzij in het dossier. ‘Weet je dat de medeplichtige het incident live gestreamd heeft voordat hij wegrende?’

    Ze voelde haar kaak zakken. ‘Nee.’

    Ingersoll wierp haar een wrang glimlachje toe waaraan zijn ogen niet meededen. ‘Zoals mijn dochter zou zeggen, je bent trending.’

    Ze had het vreemde gevoel dat ze het theater binnenkwam na de pauze en achter de plot probeerde te komen. ‘Wacht eens even. Hoezo?’

    Conner begon. ‘Iemand heeft die video geëdit en er de soundtrack van Wonder Woman onder gezet.’ Hij schudde zijn hoofd een beetje. ‘En toen is het viraal gegaan.’

    ‘Je hebt het niet gezien?’ Ingersoll zag er verbaasd uit.

    ‘U hebt me gelijk laten komen vanochtend.’ Ze spreidde haar handen uit met de palmen naar boven. ‘Ik heb nog niet de kans gehad om mijn mobieltje te vervangen of naar mijn kantoor te gaan om in te loggen.’

    ‘De vent die die soundtrack deed, heeft een wedstrijd georganiseerd om te kijken wie de vrouw in de video kon identificeren,’ zei Ingersoll. ‘Dat duurde tot vanochtend vroeg, maar uiteindelijk had iemand het goed. Public Affairs heeft verzoeken van journalisten die de directeur om commentaar vroegen, moeten afhouden.’

    Haar hoofd tolde. De directeur van de FBI, een man die de baas was van meer dan achtendertigduizend ambtenaren, werd achtervolgd om een verklaring over haar af te leggen. ‘Jeetje, zeg.’

    Ingersoll ging verder. ‘Maar dat is niet waarom we je gevraagd hebben om hier te komen.’

    Ze staarde terug naar hem en kon onmogelijk bedenken wat er nog meer gebeurd zou kunnen zijn.

    ‘Een moordenaar heeft gisteravond een briefje achtergelaten op een plaats delict in een steegje achter M Street. We hebben redenen om aan te nemen dat het over jou gaat.’

    Ze kreeg het ineens koud. ‘Welke plaats delict?’

    Ingersoll stopte haar vraag met zijn opgeheven hand. ‘Ik moet eerst wat dingen verifiëren.’ Hij fronste zijn wenkbrauwen. ‘Heb jij officieel je naam laten veranderen van Nina Esperanza in Nina Guerrera, tien jaar geleden?’

    De rupsbaan in haar hoofd draaide een andere kant op. ‘Dat was onderdeel van mijn verzoek om meerderjarig verklaard te worden. Ik was zeventien.’

    Ingersoll en Conner wisselden veelbetekenende blikken uit. Kennelijk had ze zojuist iets bevestigd. Meer dan gefrustreerd keek ze van de ene man naar de andere, haar wenkbrauwen opgetrokken in een stille vraag naar antwoorden.

    ‘Ik begrijp dat dit heel persoonlijk is,’ zei Ingersoll. ‘Maar het heeft direct te maken met waar we het over willen gaan hebben.’

    ‘De archieven van de jeugdrechtbank zijn gesloten,’ zei Conner erbij. ‘We zijn bezig om daar toegang toe te krijgen, maar we willen het liever eerst van jou horen. Heb je het hof om meerderjarigheid gevraagd nadat je was weggelopen uit de pleegzorg?’

    ‘Dat klopt.’

    ‘Was dat nadat je… ontvoerd was?’ Ingersoll durfde haar niet aan te kijken.

    Wat betekende dat hij het wist. Haar handen balden zich samen in haar schoot. Ze wisten beiden wat er met haar gebeurd was.

    ‘Ik was zestien.’ Ze hield haar antwoord klinisch, vrij van emotie, terwijl ze over de meest verschrikkelijke gebeurtenissen uit haar leven vertelde. ‘Ik was weggelopen uit een kindertehuis en leefde op straat. Er kwam een man midden in de nacht langsrijden. Hij stopte en… greep me. Bond me vast achter in zijn bus.’

    Ze vertelde niet wat er daarna gebeurd was. De onuitgesproken details over de uren die ze met de man die haar gevangen hield had doorgebracht, hingen in de lucht.

    ‘’s Morgens slaagde ik erin om te ontsnappen.’ Ze beëindigde haar verhaal abrupt en stelde toen een vraag aan Ingersoll. ‘Waarom is dat nu belangrijk?’

    ‘Een meisje van zestien is gisteravond vermoord in Georgetown,’ zei Ingersoll zachtjes. ‘Ze was weggelopen uit haar pleeggezin.’ Zijn laatste woorden waren nauwelijks hoorbaar. ‘Haar lichaam is in een afvalcontainer gevonden.’

    Conner nam het over. ‘De plaatselijke politie doet deze zaak. Hun forensische mensen vonden een briefje in haar mond, in een plastic zakje.’

    Ze stelde zich voor hoe dat eruit moest zien en een pijn die ze diep begraven had, kwam tot vlak onder het oppervlak naar boven. Een jong leven kapotgemaakt. Een monster dat de straat afschuimde, op zoek naar zijn volgende slachtoffer.

    Ingersoll haalde een papiertje uit een map. ‘Op het briefje stond een boodschap geprint op standaard kopieerpapier.’ Hij pakte een leesbril uit de borstzak van zijn overhemd, schudde die open en zette hem op. Terwijl hij op het papiertje keek, schraapte hij zijn keel.

    Met bonzend hart luisterde ze hoe hij de boodschap van de moordenaar voorlas.

    ‘Na jaren zoeken, dacht ik dat ik nooit meer Hoop zou hebben. Maar vandaag is alles veranderd. Ze noemt zichzelf nu een Strijder. Maar voor mij zal ze altijd… Degene Die Ontkwam zijn.’

    Ingersoll keek op, eindelijk ontmoette zijn blik die van haar. ‘Hij laat drie regels leeg en zet er daarna nog drie woorden in hoofdletters bij.’

    Ze wachtte tot Ingersoll het slot van het briefje las.

    ‘TOT NU TOE.’

    Hoofdstuk 4

    Verdoofd pakte Nina het papiertje dat Ingersoll voor haar hield. Het blaadje trilde een beetje terwijl haar ogen over de boodschap gingen waarvan ze wist dat die voor haar bedoeld was.

    Gelijk was ze terug in de donkere, verstikkende ruimte in de bus, met ducttape over haar mond zodat ze niet kon schreeuwen.

    Zich ervan bewust dat haar bazen goed op haar letten, bewoog ze haar kaak, alsof ze die losmaakte nadat het plakband eraf was, en dwong zichzelf om de enige vraag te stellen die ertoe deed.

    ‘Hebben ze hem vannacht kunnen oppakken?’

    ‘Niemand is opgepakt,’ zei Conner. ‘En er zijn ook geen sporen.’

    Voor dit moment was ze jaren bang geweest. Had geprobeerd zichzelf ervan te overtuigen dat het monster dood was. Ze kon zichzelf niet langer bedriegen. Hij was vanuit haar nachtmerries terug in haar wakkere leven geglipt.

    Nog steeds tollend, wendde ze zich tot Ingersoll. ‘Hoe wist je dat dat briefje voor mij bedoeld was? Mijn naam wordt er niet in genoemd. Niet precies, in ieder geval.’

    ‘Je naam kwam naar voren op de afdeling Psychologische Profilering.’

    Ze hield haar mond terwijl ze deze informatie tot zich door liet dringen. Bij die afdeling werkten de beroemde gedragsonderzoekers van de FBI. Rechercheurs die met psychologische profielen van mensen aan de slag gingen. Binnen die eenheid was er eentje gespecialiseerd in misdaden tegen kinderen.

    ‘Eén van de speciale agenten die daar werken heeft… voorkennis van jouw zaak,’ zei Ingersoll, die zijn woorden zorgvuldig leek te kiezen.

    ‘Hoe zou iemand daarachter kunnen komen?’ zei ze en probeerde te bedenken over welke agent ze het hadden. ‘Het gaat om een onopgeloste ontvoeringszaak van elf jaar geleden.’ Het jaar voor het proces over haar meerderjarigheid.

    Terwijl hij wegkeek, wreef Ingersoll over zijn nek. ‘Het is Jeff Wade.’

    Haar ogen gingen even dicht terwijl ze de beelden die in haar opkwamen probeerde te verdringen. Speciaal agent dr. Jeff Wade, een naam waarvan ze gehoopt had die nooit meer te horen. ‘Ik dacht dat die voorgoed weg was bij Psychologische Profilering.’

    Wade was naar de trainingsacademie overgeplaatst nadat hij een psychologisch profiel zo fout ingeschat had, dat er een meisje overleden was – tenminste, dat was wat er in het proces, begonnen door de familie van Chandra Brown, werd geclaimd. Chandra had aangegeven dat een man haar stalkte bij de plaatselijke politie, die deze informatie had doorgestuurd naar de FBI, omdat de omstandigheden leken op een onopgeloste moordzaak een paar maanden ervoor in een naburig gebied. Een moordzaak waar Wade mee bezig was geweest, als onderdeel van een serie moorden op tienermeisjes. Wade had Chandra’s klacht over stalking onderzocht, besloten dat die niet te maken had met zijn zaak en hem teruggegeven aan de plaatselijke politie. Vierentwintig uur later was Chandra dood, haar moord werd vervolgens gelinkt aan de serie waar Wade aan werkte.

    Omdat Wade bekend stond als hun beste recherchepsycholoog, was dit een klap voor de FBI. De familie van wie Chandra vervreemd was, was vele malen voor de camera’s verschenen – met een advocaat in de kielzog – om de schuld rechtstreeks bij de politie en de FBI te leggen. Wade nam verlof, droeg zijn lopende zaken over aan een andere medewerker van Psychologische Profilering en vroeg of hij overgeplaatst kon worden als hij weer aan het werk ging. Er gingen geruchten dat de beroemde dr. Wade was ingestort nadat hij twintig jaar op kindermisbruikers had gejaagd. Kennelijk waren die geruchten niet waar, want hij was terug.

    ‘Zijn overplaatsing naar de academie heeft maar zes maanden geduurd,’ zei Conner.

    Ingersoll ging door met de huidige zaak na een korte pauze, alsof hij zich ook herinnerde hoe Wade in het openbaar onderuit gegaan was. ‘Vanwege de bizarre formulering van dat briefje, had Moordzaken van de plaatselijke politie de informatie naar de ViCAP doorgespeeld om te krijgen of er bij een ander bureau ook zo’n moord was voorgekomen. Zo kreeg Wade het rapport in handen.’

    ‘En net als iedereen binnen de FBI, had hij de virale video gezien, dus jij was in beeld bij hem,’ voegde Conner eraan toe.

    Natuurlijk zou Wade degene zijn die de puzzelstukjes op hun plaats legde. Om te zeggen dat hij bekend was met haar achtergrond, was te zacht uitgedrukt. Die man had bijna tegengehouden dat ze agent werd vanwege wat hij van haar wist.

    Bij haar weten was niemand ooit zo grondig gescreend als zij tijdens haar sollicitatie. Nadat de leugendetector bij Nina een mogelijke onwaarheid had ontdekt

    Enjoying the preview?
    Page 1 of 1