In 2016, toen Watchfinder voor het laatst zijn jaarcijfers publiceerde, maakte het bedrijf bekend dat de omzet met 76 procent was gestegen in vergelijking met een jaar eerder.
Het jaar daarvoor waren de groeicijfers soortgelijk. Vlak daarna werd het bedrijf opgekocht door Richemont, waardoor de cijfers ergens in een Zwitserse bankkluis verdwenen. Maar het signaal was duidelijk: de markt voor vintage horloges was vijf jaar geleden net zo overhit als nu.
McKinsey schatte eind vorig jaar dat de verkoop van tweedehandse horloges in 2019 zo'n 17 miljard euro bereikte en afgelopen jaar was de markt al groter dan 25 miljard euro. Het consultancybedrijf schat dat in 2025 de 30 miljard euro overschreden wordt. De verkoop van tweedehands horloges zal tegen die tijd ongeveer de helft zijn van de markt voor nieuwe horloges in de detailhandel, tegen ongeveer een derde vandaag, aldus het adviesbureau.
Het in Duitsland gevestigde Chrono24 haalde vorig jaar 100 miljoen euro op bij investeerders, waaronder General Atlantic en Aglae Ventures (van LVMH-baas Bernard Arnault). Ondertussen is het in Zwitserland gevestigde Chronext van plan om zo'n 250 miljoen euro op te halen bij een beursgang.
Toch zijn het niet eens deze cijfers die de meeste media bereiken. De ware sterspelers van de vintage markt zijn natuurlijk de paar horloges die enorme bedragen vangen op high-profile veilingen. Inmiddels kijkt niemand meer gek op als een vintage Cartier Crash voor een paar ton